5 juni
Dag 176
Hij koos er twaalf en één van hen was een duivel, zei Hij. Toen wendde Hij Zich tot hen. Er was niemand die kon uitleggen wat Hij zojuist had gezegd. “Hoe zouden ze Zijn vlees gaan eten en Zijn bloed gaan drinken? En hoe kon Hij zijn afgedaald terwijl Hij hier op aarde was geboren?” Zie? Ze konden het niet begrijpen. En toen wendde Hij Zich tot de apostelen en Hij zei: “Willen jullie ook weggaan?”
En dat was het moment dat de apostel Petrus die geweldige verklaring aflegde: “Here, tot wie zouden wij gaan? Want wij zijn bevredigd. Wij weten zeker dat U en U alleen het Woord des levens in dit uur hebt. (Zie?) En daar zijn wij door bevredigd.” Ziet u, ze konden het niet uitleggen.
Je kunt geloof niet uitleggen. Het is iets wat u gelooft, en dat is zo vast dat niets anders die plaats kan innemen. Zij wisten ook dat Hij precies paste bij het Woord dat was geschreven voor het tijdperk waarin zij leefden: het Messiaanse tijdperk. En wat konden ze doen? Teruggaan in die koude, vormelijke kerken waar ze waren uitgekomen? Zeiden: “Tot wie zouden wij heengaan? Wij zijn volledig overtuigd dat U het Woord des levens hebt.” En ze konden het niet uitleggen, maar ze geloofden het. Zie?
En Jezus zei dat om Zijn toehoorders uit te wieden, tot Hij de groep bijeen kon krijgen. En uit al die mensen begrepen toen slechts elf ervan Wie Hij werkelijk was. Zij wisten dat Hij God was, en God alleen.
Aanhaling genomen uit de prediking: