7 december

Dag 342

En hij zond tot hem een hoofdman van vijftig met zijn vijftig. En als hij tot hem opkwam (want ziet, hij zat op de hoogte van een berg), zo sprak hij tot hem: Gij, man Gods! de koning zegt: Kom af. Maar Elia antwoordde en sprak tot den hoofdman van vijftig: Indien ik dan een man Gods ben, zo dale vuur van den hemel, en vertere u en uw vijftig. Toen daalde vuur van den hemel, en verteerde hem en zijn vijftig. En hij zond weer tot hem een andere hoofdman van vijftig met zijn vijftig. Deze antwoordde en sprak tot hem: Gij, man Gods! zo zegt de koning: Kom haastig af. En Elia antwoordde en sprak tot hem: Ben ik een man Gods, zo dale vuur van de hemel, en vertere u en uw vijftig. Toen daalde vuur Gods van de hemel en verteerde hem en zijn vijftig.

---o--O--o---

De wet was in het geheel geen redder. De wet was de gevangenis. De wet deed u slechts weten dat u een zondaar was. De wet wees u op uw zonden, maar bood geen enkele oplossing. Als de politieagent komt en u in de gevangenis gooit: dat is de wet. Deze toont u dat u een zondaar bent, maar hoe kunt u eruit komen? Dat is de volgende zaak. De wet was slechts een schoolmeester. Hij wees je op je zonden.

Wat wordt er dan bedoeld met Elia? Elia was de rechtvaardigheid van God. Nu, niemand kan worden gered door de wet, daarom wil ik Mozes niet meer horen. Er wordt niemand door gered. Nu, niemand kon door de wet worden gered. Er zit totaal geen genade in. Dus u kunt niet worden gered door uw werken, door de wet, dus zo ontdekken wij wat Elia betekende. Hij was de rechtvaardigheid van God.

Elia ging de berg op. En hier zien wij zijn rechtvaardigheid. God had hem verteld naar boven te gaan en daar te gaan zitten. En toen hij dat deed, stuurde de koning vijftig mannen die zeiden: “Kom daar vanaf, Elia, we willen je spreken.”

Elia stond op en zei: “Als ik een man Gods ben, laat er dan vuur uit de hemel vallen en u verteren.” En het vuur viel uit de hemel en doodde er vijftig: rechtvaardigheid. Ze kwamen op Gods grondgebied. Wie wil er rechtvaardigheid? Ik zou willen weten wie er vandaag in deze kerk zou willen smeken om rechtvaardigheid? Ik niet. Ik smeek om genade, geen rechtvaardigheid. Dat betekent niets anders dan sterven en naar de hel gaan. Maar het is de genade van God die mij redt, geen rechtvaardigheid. Dat wil ik niet.

“O,” zei de koning, “dat kan een ongeluk zijn geweest. Het was waarschijnlijk een donderslag die uit de lucht kwam. We zullen er nog eens vijftig heenzenden.”

En hij stuurde er nog eens vijftig naartoe en die oude profeet stond op in de strenge rechtvaardigheid van God en zei: “Als ik een man Gods ben, laat er dan vuur vallen en u verbranden.”

En opnieuw kwam het naar beneden en vernietigde er weer vijftig. Het was dus geen ongeluk. Het was de rechtvaardigheid van God. Hoe durft iemand te zeggen: “Ik wil rechtvaardigheid.” Ik wil geen rechtvaardigheid; ik wil genade.

Aanhaling genomen uit de prediking:

  • Hoort gij Hem!   19 mei 1957

Deze site maakt gebruik van functionele cookies.

Download
E-Book
E-BookE-Book
ePub Download ePubePub is de meest gangbare formaat voor E-Book readers. Het heeft geen absolute paginaindeling. meer info...
English (Engels)