Vragen en antwoorden over Genesis

Door William Marrion Branham

1 Nu, als iemand enige vragen heeft, die zij mij zouden willen geven, wel, schrijf ze dan meteen op, laat een kind ze brengen of wat u maar wilt. Of misschien, als wij er doorheen komen... Ik heb er hier ongeveer zes op één bladzijde, en dan hier, dan hebben wij er nog twee daar.

2 Nu, wij willen erachter komen. De reden waarom wij dit doen, is om erachter te komen wat er in de gedachten van de mensen leeft, waar zij aan denken. Zie? En dat maakt een goede, sterke gemeente. Je moet de tijden hebben, zoals wanneer je de klitten eruit trekt, weet u, en alles, en alle dingen uit de weg ruimt, zodat je standvastig kunt bewegen. Dus dat is de reden waarom we zo nu en dan een vragenavond hebben. Het is om dat te ontdekken.

3 Nu, als er enige vragen zijn, die... Nu, deze keer heb ik het een beetje erg ruim gesteld. En ik zei... Vroeger zei ik: "Nu, als iemand... gewoon alles wat betrekking heeft op de Schrift, een antwoord. Vraag het." (Dank u, broeder.) En ik zei: "Ik wil gewoon alles wat op een Schriftplaats betrekking heeft, beantwoorden." Zie, dat wij die zouden beantwoorden. Maar vanavond zei ik...

4 Weet u, dan komen ze naar je toe en zeggen: "Broeder Bill", en ze stellen mij een vraag: "Denkt u, dat wanneer Zo-en-zo een zeker ding doet, dat dat christendom is?"

5 Wel, dat is een soort afschuiven op iemand. Maar ik zei: "Laten zij dat vanavond hebben." Zie, dat is in orde. Zodat wij gewoon kunnen ontdekken of er van enige afschuiving sprake is.

6 O, ik voel me vanavond werkelijk goed. Ik maaide de hele middag het gras, dus ik voel mij werkelijk goed, daarbuiten in de hete zon.

7 Wij zullen nu vrij spoedig een samenkomst hebben, vergeet het niet. Het is op 23 augustus tot 5 september in het stadion in Chicago. We verwachten daar een geweldige tijd in de Heer. Het is nu overal geadverteerd en al de verschillende nieuwsbladen nemen het op. We verwachten een geweldige tijd.

8 Nu, volgens mij heb ik er hier één, twee, drie, vier, vijf, zes, op één bladzijde. En het heeft allemaal betrekking op dezelfde zaak, terug in het boek Genesis.

9 Nu, de eerste is Genesis 1:26, of hoofdstuk 1:26–28 is waar de persoon met de... Zij vroegen wat het zou zijn. Wat deze vraag... Ik bedoel, stelde de vraag, excuseer mij. En wij willen dat eerst lezen. Nu, zij hebben het hier opgeschreven. Als u het gelijk terug wilt volgen, dat is in orde. Er staat: "God schiep de mens, man en vrouw schiep Hij hen." Zie? En dan bij de volgende heeft hij Genesis... of, hij of zij, iemand, heeft Genesis 2:7: "Hij formeerde de mens uit het stof der aarde." Dat is nog een plaats. Ik zal ze allemaal voorlezen, zodat wij ze hier samen kunnen krijgen en u het kunt zien. Nu, het eerste, de eerste fase hiervan is waar staat:

1 God schiep de mens, man en vrouw... Schiep de mens, man en vrouw. Nu, volgens mij is dat het eerste punt. Nu, in Genesis 2:7 staat: "Hij formeerde" (onderstreept), maar eerst schiep Hij. Hij heeft dat onderstreept: "En Hij formeerde" (onderstreept) "de mens uit het stof der aarde en blies in zijn neusgaten", enzovoort. Nu, wat is het verschil of waar is het verband tussen de bovengenoemde Schriftplaatsen?

10 Nu, dit is... Nu, als u het wilt opschrijven, Genesis 1:26–28 en Genesis 2:7. Nu, het is een erg gevoelige zaak en ik mag misschien niet... ik heb er gewoon mijn eigen idee over, dus zal ik het u gewoon geven op de wijze waarop ik voel dat het is. En als u erover verschilt, wel, dat is gewoon fijn.

11 Ik wil broeder Neville mijn complimenten geven voor de fijne antwoorden die hij daar gaf op die vragen. Nu, ze zijn fijn.

12 Nu, hier in Genesis 1:26, maakte God de mens in Zijn eigen beeld. En als u wilt opmerken, wij zullen het nemen zodat u het kunt lezen, en... vers 26... Als u het met ons mee zou willen lezen, zijn we daar blij mee als u het doet en mij controleert.

     En God zeide: Laat Ons mensen maken, naar Ons beeld, naar Onze gelijkenis; en dat zij heerschappij hebben over de vissen der zee, en over het gevogelte des hemels, en over het vee, en over de gehele aarde, en over al het kruipend gedierte, dat op de aarde kruipt.
     En God schiep de mens naar Zijn beeld; naar het beeld van God schiep Hij hem; man en vrouw schiep Hij ze.

13 Nu, dat is... Ik heb dat vele malen horen bespreken, en over de hele wereld rijzen discussies daarover op. Nu, in Genesis 2:7, let op wat Hij hier deed. Goed, hier is het:

     En de HEERE God had de mens geformeerd uit het stof der aarde, en in zijn neusgaten geblazen de adem des levens; alzo werd de mens tot een levende ziel.

14 Nu, wat voor een soort formatie... De vragensteller wil vragen:

     Welk verband heeft Genesis 1:26 met Genesis 2:7? God schiep twee mensen. En welke was de man en welke... Welk verband is daartussen? Hoe is dit verbonden in de Schrift?

15 Welnu, als u nu goed zult opletten, in Genesis 1:26, laten wij het eerste gedeelte eerst nemen. God zei: "Laat Ons..." Nu, "laat Ons", Ons is een... "Laat Ons mensen maken naar Ons eigen beeld." Ons, natuurlijk beseffen wij dat Hij tot iemand spreekt; Hij sprak tot een ander wezen. "Laat Ons mensen maken naar Ons eigen beeld, naar Onze gelijkenis, en laten zij heerschappij hebben over het vee van het veld."

16 Als u opmerkt, in de schepping was natuurlijk het eerste dat geschapen werd, licht. U gaat zo door de schepping heen en het laatste dat geschapen werd, was wat? Een mens. En de vrouw werd gemaakt na de man. Goed, het eerste... Het laatste van Gods schepping dat geschapen werd, is het mensdom.

17 Maar toen God Zijn eerste mens maakte, als u het opmerkte, maakte Hij hem naar de gelijkenis van Zichzelf; hij werd gemaakt in het beeld van God. En wat is God? Nu, als wij uit kunnen vinden wat God is, kunnen wij ontdekken wat voor soort mens Hij maakte.

18 Nu, in Johannes, het vierde hoofdstuk – en ik... lees dit – spreekt Jezus tot de vrouw in de... als u het zou willen opslaan. Daar ik niet veel tijd had, schreef ik ze niet goed op, dus ik moet het gewoon van mijn geheugen hebben. Zoekt u ze nu op, als ik het heel snel kan vinden. Nu, laten wij ongeveer bij het veertiende vers van hoofdstuk 4 beginnen:

     Maar zo wie gedronken zal hebben van het water, dat Ik hem geven zal, die zal in eeuwigheid niet dorsten, maar het water, dat Ik hem zal geven, zal in hem worden een fontein van water, springende tot in het eeuwige leven.
     De vrouw zeide tot Hem: Heere, geef mij dat water, opdat mij niet dorste, en ik hier niet moet komen, om te putten.
     Jezus zeide tot haar: Ga heen, roep uw man, en kom hier.
     De vrouw antwoordde...

19 Ik geloof dat we daar wat terug moeten gaan om te vinden wat ik wil dat u hier ziet. Misschien niet, misschien kan ik het hier verderop vinden wat ik wil zien. Wat zegt u? Het drieëntwintigste en het vierentwintigste vers. Goed.

     Gij aanbidt... (Dat is het.) Gij aanbidt, wat gij niet weet; wij aanbidden, wat wij weten; want de zaligheid is uit de Joden. (En dat is juist, zie?)
     Maar de ure komt,... Maar de ure komt, en is nu, wanneer de ware aanbidders... (Joden of heidenen) de Vader aanbidden zullen in geest en waarheid; want de Vader zoekt ook zulken, die Hem alzo aanbidden.

20 Nu, het volgende vers is waar ik heen wilde:

     God is een Geest, en die Hem aanbidden, moeten Hem aanbidden in geest en waarheid.

21 Nu, als God de mens schiep naar Zijn eigen beeld en naar Zijn eigen gelijkenis, wat voor soort mens schiep Hij dan? Een geest-mens. Nu, als u zult opmerken, nadat Hij de hele schepping had gemaakt en een geest-mens had geschapen, (dit nu nauwkeurig lezend, zodat degene die de vraag stelde dit zal vinden) staat er, dat God de mens heerschappij gaf over het vee en de vissen en alles. Maar bij Zijn schepping daar, maakte Hij de mens in Zijn eigen beeld om het vee te leiden, om de beesten van het veld te leiden, precies zoals de Heilige Geest de gelovige vandaag leidt. Zie?

22 Hij was... Met andere woorden, Adam, de eerste mens in de lagere scheppingen van God... De eerste schepping was God Zelf; dan kwam uit God de Logos, hetwelk de Zoon van God was; dan uit de Logos, wat het Woord was ("In den beginne was het Woord en het Woord was bij God en het Woord was God. En het Woord werd vlees gemaakt en woonde onder ons."), uit de Logos kwam de mens voort.

23 O, ik heb nu een prachtig beeld in mijn gedachten, als u een klein uitstapje met mij kunt maken. Ik geloof dat ik er al eerder over gesproken heb, maar om dit tot de plaats te brengen, dat u er zeker van zult zijn het te zien. Laten we nu een klein uitstapje maken en een poosje teruggaan. Denk er nu niet aan hoe heet het is, laten wij onze gedachten gericht houden op datgene waar wij over spreken. En denk nu.

24 Laten we honderd miljoen jaren teruggaan, voordat er ooit een ster, maan of iets in de wereld was. Nu, er was een tijd dat er hier niets was, het was gewoon allemaal voor immer en eeuwigheid. En alles, te allen tijde, en eeuwigheid was God. Hij was daar in het begin.

25 Nu, laten we naar de rand van deze balustrade gaan en er overheen kijken en deze dingen zien gebeuren.

26 Nu, niemand heeft ooit de Vader gezien. Niemand kan God in de lichamelijke vorm zien, omdat God niet in lichaamsvorm is. God is een Geest. Ziet u? Goed. "Niemand heeft de Vader gezien, maar de Eniggeborene des Vaders heeft Hem ons verklaard." I Johannes, zie?

27 Maar merk nu op, er is niets, er is alleen maar ruimte. Er is geen licht, er is geen duisternis, er is niets, het lijkt gewoon alsof er niets is. Maar daarin is een groot, bovennatuurlijk Wezen, Jehova God, Die alle ruimte van alle plaatsen ten alle tijden bedekte. Hij was van eeuwigheid tot eeuwigheid. Hij is het begin der schepping. Dat is God. Je kunt niets zien, niets horen, geen beweging van een atoom in de lucht, helemaal niets, geen lucht, niets, maar toch was God daar. Dat was God. Laten we nu gedurende een paar minuten opletten. En na een poosje... Niemand heeft dat gezien. Nu, dat is de Vader. Dat is God, de Vader.

28 Let nu op. Dan na een poosje begin ik te zien hoe een klein, heilig Licht zich begint te vormen, zoals een kleine halo of zoiets. U zou het slechts met geestelijke ogen kunnen zien, om nu te kijken, terwijl wij kijken, de hele gemeente nu.

29 We staan op een heel grote balustrade en kijken naar wat God doet. En we zullen hier nu regelrecht naar deze vraag komen en u zult zien hoe Hij het binnen brengt.

30 Nu, niemand heeft God gezien. En nu is het volgende wat wij beginnen te zien, met ogen met een bovennatuurlijk zicht, een klein, wit Licht dat zich daar vormt. Wat is dat? Dat wordt door Bijbellezers Logos genoemd of de gezalfde of de zalving of de... zoals ik zou willen zeggen, het deel van God begon Zich tot iets te ontwikkelen, zodat menselijke wezens een klein beetje een idee zouden kunnen hebben van wat Het was. Het was een klein, laag... een klein Licht dat zich bewoog. Hij... Dat was het Woord van God.

31 Nu, God Zelf bracht deze Zoon voort, Die er was, voordat er zelfs een atoom in de... of lucht was om een atoom te maken. Dat was... Zie, Jezus zei: "Verheerlijk Mij, Vader, met de heerlijkheid die Wij hadden vóór de grondlegging der wereld." Zie, daar héél ver terug in het verleden.

32 Nu, in Johannes 1 zei Hij: "In den beginne was het Woord." Toen het eerste... "En het Woord was God. En het Woord werd vleesgemaakt en woonde onder ons." God ontvouwde Zichzelf in een menselijk wezen. Let nu op hoe Hij het deed.

33 Nu, daar ver terug, toen deze kleine halo kwam... Nu, we kunnen nog niets zien, maar slechts met ogen van het bovennatuurlijke zien we daar een halo staan. Nu, dat is de Zoon van God, de Logos. Nu, ik kan Hem als een klein kind zien spelen voor de deur van de Vader, met de hele eeuwigheid. Zie? En nu, toen begon Hij in Zijn denkbeeldig maaksel eraan te denken welke dingen er zouden zijn en ik kan Hem horen zeggen: "Er zij licht!"

34 En toen Hij dat deed, barstte er een atoom en de zon kwam in bestaan. Zij wervelde gedurende honderden miljoenen jaren rond, lava-slakken vormend en brandend en zich vormend tot hoe het vandaag is, nog steeds brandend, nog steeds atomen brekend.

     Als de atoombom ooit losgelaten zou worden, zou de keten van atomen... deze aarde zou als de zon zijn, ginds, gewoon barstend en ontploffend. Als u op een andere continent zou kunnen staan en daar vandaan hierheen kijken, zou het lijken op een andere zon, waarvan de atomen deze aarde aan het verbranden waren. Als die keten ooit losgelaten zou worden, en het zou gewoon beginnen te draaien, zo wervelend. Miljoenen en miljoenen mijlen ver reiken deze grote vlammen van miljarden graden Fahrenheit, van de hitte die van die zon afkomt.

35 Nu, let nu hier op. Prachtig! Nu, Hij maakte de zon. Dan als eerste, weet u, viel er een grote lava-slak vanaf, die ongeveer net zoveel woog als deze aarde en die ging "Pssh!" Deze Logos dan hier, de Zoon van God, slaat het gade. Hij laat hem vallen gedurende honderd miljoen jaren en dan stopt Hij het. Dan vliegt er nog een andere vanaf en Hij laat hem eraf vliegen, vallen, gedurende miljoenen jaren en Hij stopt het. Nu, wij staan te kijken hoe het in bestaan komt.

36 Nu, Hij heeft iets in Zijn gedachten en wat doet Hij? Hij schrijft Zijn eerste Bijbel. De eerste Bijbel waar de mens ooit in keek waren de sterren, de dierenriem. En het is een volmaakte... gewoon... Het sloot hier aan bij deze Bijbel. Het begint, de eerste van de dierenriem is de maagd. Klopt dat? En wat is de laatste van de dierenriem? Leo, de leeuw. Dat is de eerste komst van Jezus; Hij kwam door een maagd. De tweede keer komt Hij als de Leeuw van de stam van Juda. Zie? Hij tekende het helemaal uit, door het kankertijdperk heen en alles. Nu, Hij plaatste dat allemaal in de lucht en plaatste het daar buiten. Al deze meteoren, stukken van de aarde of van de zon, die hier hangen.

37 Nu, als de wetenschap gaat zoeken naar die vallende projectielen, weerlegt dat God niet, dat bewijst het alleen maar voor mij. Zie, dat maakt het alleen maar meer werkelijk. Let nu op, al deze projectielen die daar buiten hangen, weg van die hete zon en gaande door de lucht, hebben zich natuurlijk verzameld. En het eerste, weet u, het begon gewoon een ijsberg te vormen.

38 Nu, dat was deze aarde die in bestaan kwam, gewoon een groot, oud stuk sintel vloog er ginds vanaf. Nu hier beneden is niets dan een volledig draaiende, brandende vulkaan, de uitbarstingen zijn overal, vulkanisch. En de wetenschap beweert dat de korst, bovenop deze wereld waar wij op leven, ongeveer als de schil van een appel is. En al de... Nu, de omtrek is veertig duizend kilometer, dus is ze waarschijnlijk dertien duizend kilometer dik. Dat zal ongeveer dertien duizend kilometer zijn. En bedenk gewoon dat daar binnenin een brandende vulkaan is.

39 En twee derde van de aarde, meer dan twee derde ervan, bestaat uit water. En één derde ervan is land, ongeveer één derde. En kijk dan eens naar deze korst waarop wij leven, hij is vol gevaarlijke springstoffen, gas, benzine, olie, van alles. Klopt dat? En twee derde ervan, meer dan twee derde ervan is water. Wat is de formule van water? Twee delen waterstof en één deel zuurstof: springstoffen.

40 Er is genoeg elektriciteit in elke kamer om de hitte van de koude te scheiden en het zal genoeg elektriciteit vormen om een kamer te laten ontploffen. U kunt genoeg atomen in een golfbal doen om New York van het aangezicht van de aarde weg te blazen. En dan slaat een mens, die op een deksel van de hel zit, zich op de borst en tart Gods Woord en zegt: "Er is niet zo'n plaats als de hel." (Ik heb dat hier zo'n klein beetje opgeschreven en we zullen ertoe komen, zie.) U zit elke dag op een groot deksel ervan. En terwijl u hier bent zit u er precies op en de hel is precies onder u.

41 En nu, merk op; maar toen dit eerst gevonden werd, toen Jezus... Nu, let op de kleine halo ginds. Nu, ik kan het naar deze aarde zien bewegen en er overheen gaan en het begint haar hier dicht naar de zon te bewegen. Het is niets dan een grote bal ijs. En als deze begint te smelten, beginnen zich grote gletsjers daarboven in de noordelijke landen af te scheiden en af te zakken. En toen dat gebeurde, hakte het Kansas en Texas en al die plaatsen daar uit en ging het verder de Golf van Mexico in. En het eerste, weet u, de hele zaak was bedekt met water.

42 Nu komen wij in Genesis 1, we komen nu tot de Bijbel en vanuit ons tafereel naar de Bijbel. Genesis 1: "De wereld was woest en ledig; en water was op de afgrond." Is dat juist? "En de Geest Gods zweefde over de wateren." Nu, Hij scheidde het water, bracht de heuvels en de landen enzovoort omhoog; droogde het af. De plantenwereld en alles. Hij maakte het. En Hij maakte de maan. En Hij stelde de zee haar grenzen, zodat zij er niet aan voorbij kon gaan.

43 Hij voegde al deze dingen tezamen en maakte... maakte al de andere dingen, heel het dierlijk leven, de vogels, de bijen, de apen en wat het ook was, plaatste ze hier allemaal op aarde. En toen stelde Hij deze vraag: "Laat Ons" (Wie? Vader en Zoon.) "mensen maken naar Ons eigen beeld."

44 Nu, als een mens gemaakt was als zoiets als dat kleine heilige Licht ginds of iets dergelijks (hetwelk een geestelijk Wezen is), zou het niet gezien kunnen worden. Hij manifesteerde of ontvouwde Zichzelf een beetje meer, om een drie-eenheid van Zichzelf te maken door Vader, Zoon en Heilige Geest. En hier was God, ontvouwde Zichzelf nu in "Laat Ons mensen maken", hetwelk Zijn Zoon was, een nakomeling van Hem, "een mens naar Ons eigen beeld." Hij was een bovennatuurlijk wezen. "En laat hem heerschappij hebben over het vee van het veld", enzovoort.

45 Nu, de mens leidde het vee en alles, net zoals de Heilige Geest vandaag een echte, ware gelovige leidt. De stem van God daarbuiten... De stem van de mens, liever gezegd, kon spreken en zeggen... het vee deze kant op roepen, de schapen naar die weide roepen, de vissen naar dit water roepen. Zie, hij had heerschappij; alles gehoorzaamde hem.

46 Nu, maar toen was er geen mens om de aarde te bebouwen (Genesis 2), geen mens om de grond te bebouwen. "En toen formeerde God de mens" (Genesis 2:7) "uit het stof der aarde." Nu, wij volgen het; Hij formeerde de mens uit het stof der aarde en plaatste deze bovennatuurlijke Geest...

47 Nu lag hij daar. Ik kan er veel beelden van hebben. Ik kan Adam zien staan... Laten wij het op deze wijze nemen; ik zie hem staan als een boom. God had hem gemaakt. Hij was zo dood als hij maar zou kunnen zijn; zijn tenen staken in de grond als wortels. En God zei: "Laat er zijn" of blies de adem des levens in hem en hij sprong op, kwam tot zichzelf. Zie? Hij was een... Blies de adem des levens in hem en hij werd een levende ziel. Nu, hij begon te bewegen en weg te gaan.

48 En toen nam God uit zijn zijde een deel van hem, een rib, en maakte een vrouw. Nu, waar kreeg hij de geest van de vrouw vandaan? Zie? Toen Hij... In Genesis 1:26 zei Hij: "Laat Ons mensen maken naar Ons eigen beeld, naar Onze eigen gelijkenis, schiep Hij hen, de mens, mannelijk en vrouwelijk." Hij maakte de stoere geest voor de man; Hij maakte de tedere, kleine, gevoelige, vrouwelijke geest voor de vrouw.

49 En als u een vrouw ziet handelen als een man is zij om te beginnen uit haar plaats, ziet u. Zie? Goed. Zij wordt verondersteld om... Ik geloof dat het een schande is, dat vrouwen hun sierlijke, vrouwelijke plaats verloren hebben. Het is een schande. Ik vertel u dit. Weet u, ik ga dit zeggen. Nu, ik spreek niet over u vrouwen hier. Maar natuurlijk als het kwetst, doet het dat gewoon. Maar kijk, laat mij u iets vragen. Vroeger was het zo dat vrouwen zo vrouwelijk waren, dat als een man met hen zou gaan praten, zij zouden blozen. Huh! Wat is blozen eigenlijk nog? Ik heb het al zo lang niet meer gezien, dat ik zelfs niet zou weten wat het was als sommigen vrouwen bloosden. Zij hebben niets van die waardigheid meer, die hele fijne, vrouwelijke geest. Ze zijn gewoon... Zij kunnen... Ze zullen kleren dragen als een man, hun haar afknippen als een man, roken als een man, drinken als een man, vloeken als een man, stemmen als een man, werken als een man, dus ruw, stoer worden. O my! Dat laat zien waar je toe gekomen bent. Zo is het precies.

50 Dat kleine, damesachtige, je ziet haar niet veel meer, zo'n persoon is moeilijk te vinden. Is dat niet zo? Ja, dat is de waarheid. Zo'n vrouw wordt niet verondersteld op te staan en zich te gedragen als een man, groot en stoer, omdat zij sierlijk is. God maakte haar op die wijze. Ik kan dat bewijzen met de Schrift. Jazeker. Zo is het. En...

51 Maar natuurlijk, we dwalen af van deze vraag. Ik wil echter niet teveel van deze vraag afdwalen. Maar zie, daar is het waar Hij Zijn eerste mens maakte, het was naar Zijn eigen beeld.

52 En dan wist God, voordat er zelfs een ster was, dat deze wereld er zou zijn. En Hij wist dat ik William Branham zou zijn, die het Evangelie predik van achter de kansel en dat u 'John Doe' zou zijn, die er daar naar zit te luisteren, voordat de wereld ooit begon. Halleluja!

53 Nu, dat is waar mensen, bij de wettische Calvinisten, soms helemaal in de war raken. Zie? Zij zeggen: "Wel, waarom werden sommigen verordineerd om verloren te gaan?" God wil niet dat enigen verloren zouden gaan. Hij wil niet dat iemand verloren gaat, maar toch, daar Hij God is, weet Hij dat er sommigen zijn die het niet zullen accepteren. Zie? Zie, Hij moest het einde weten vanaf het begin om God te zijn. Is het niet?

54 Dus Hij wist dat Hij sommige vrouwen zou gaan hebben, dus maakte Hij precies daar gewoon hun geest. De Bijbel zegt, dat Hij het deed in Genesis 1:26. Hij schiep hem, de mens, in de voorafschaduwing, mannelijk en vrouwelijk. Amen! Zie? In een voorafschaduwing maakte Hij de vrouw en de man, voordat zij ooit geformeerd werden uit het stof der aarde.

55 En vervolgens maakte God de mens, niet naar Zijn eigen beeld. Dit lichaam is niet naar het beeld van God, dit lichaam is naar het beeld van beesten.

56 Mag ik mijn jasje uitdoen? Het wordt warm hier boven. Ik heb een gescheurd overhemd aan, maar daar zult u niet op letten. Wel, het is alleen maar... Jesse kwam niet om de was te halen, dus... Maar kijk, we behandelen hier een onderwerp dat meer betekent dan een gescheurd overhemd in de preekstoel. Is het niet? Het betekent eeuwig leven.

57 Nu, let op. De mens... God wist in het begin, dat Hij mannen en vrouwen zou hebben en Hij wist dat de Redder hier zou zijn, dat Hij Jezus moest brengen en dat Hij gekruisigd zou worden. En Jezus vertelde de discipelen toen Hij hier op aarde was, dat Hij hen zelfs kende voor de grondlegging der wereld, voordat de wereld ooit in bestaan kwam.

58 En God zei ook, of Paulus sprak in Galaten, dat Hij ons voorbestemde en ons in Hem riep, voordat de wereld ooit gevormd was. Denk daar aan! Dat God... Als iemand graag zou horen wat de Schrift daarover zegt, steek dan uw hand op, als u dat wilt. Het loopt parallel met de vraag. Ga met mij naar Galaten, het eerste hoofdstuk. Kijk hier. Ik bedoel niet in Galaten, ik bedoel in Efeze. Luister aandachtig wat God zei in Efeze 1:

     Paulus, een apostel van Jezus Christus, door de wil van God, aan de heiligen, die te Efeze zijn, en gelovigen in Christus Jezus.
     Genade zij u en vrede van God, onze Vader, en de Heere Jezus Christus.
     Gezegend zij de God en Vader van onze Heere Jezus Christus, Die ons gezegend heeft met alle geestelijke zegening in de hemel in Christus.

59 Nu hier is het, let op:

     Gelijk Hij ons uitverkoren heeft in Hem, vóór de grondlegging der wereld,...

60 Whew! Dat is aardig goed, nietwaar? Dat is niet aardig goed, dat is werkelijk goed! Voordat er een grondlegging van de wereld was, kende God Orman Neville en wist Hij dat hij het Evangelie zou prediken. Is dat niet wonderbaar? "Heeft uitverkoren..." Wel, hij is een lid van de gemeente en God wist dat hij die gemeente zou hebben. En Hij zei... Paulus sprak tot de gemeente van Efeze: "Hij heeft ons uitverkoren in Hem." Nu, wij zijn allen de leden van het lichaam van Christus. Klopt dat? En voordat de wereld ooit werd gevormd, verkoos God u en mij, in Hem; voordat de wereld ooit gevormd werd. Whew. O my! Is dat niet wonderbaar?

61 Nu, de eerste mens maakte Hij naar Zijn beeld en wij keren terug naar dat beeld, dat is juist, naar ons eerst geschapen beeld.

62 Toen God mij schiep, William Branham, was ik er vóór de grondlegging van de wereld. Hij maakte mijn wezen, mijn geest. Ik was mij van niets bewust, voor zover ik weet, maar de... ik was daar. O, ik geloof niet dat u het vat. Maar nu, een ogenblikje. Jezus vertelde de discipelen, dat Hij hen kende vóór de grondlegging der wereld, en Paulus zei hier dat Hij ons in Hem uitverkoos, voordat de wereld begon. Nu, daar was een deel van mij, Orman Neville, en de overigen van u allen hier, die in Christus Jezus zijn, voordat de wereld ooit begon. En hier is mijn analyse ervan. Ik denk dat de mensen vandaag, die vervuld zijn met deze Geest, of de geest, een deel van deze engelachtige wezens die vanuit God weg wervelden, die in het begin nooit vielen en de leugen van de duivel in de hemel weerstonden...

63 En twee derde van de aarde is in de zonde, en meer dan dat, welke twee derde van de engelen zijn die uitgeworpen werden. En die demonische geesten komen in de mensen en bewonen hun lichaam. Ziet u wat ik bedoel? Het zijn demonen die eens... zij bestonden eens en komen in de mensen en geven hun een natuur. Jezus wierp er zeven uit bij Maria Magdalena. Trots, grootspraak (grote mensen, ziet u) onreinheid, vuilheid, vulgariteit, wedijver, twist, al deze dingen, zie.

64 Ze waren geesten die daar ver in het verleden werden samengesteld, toen God vanaf daar de mens begon te maken naar Zijn eigen beeld. Hij schiep die bovennatuurlijke wezens, die geesten...

65 En toen plaatste Hij de mens in het stof der aarde, hetwelk de eerste mens was, Adam. En die mens werd gemaakt naar het beeld, deze natuurlijke mens hier is gemaakt naar het beeld van een dier. Deze menselijke lichamen zijn gemaakt naar het beeld van de dieren.

66 We hebben precies een hand als van een aap en een voet als van een beer. Neem een klein, jong beertje, stroop hem af, trek de huid van hem af en doe hem de huid van een klein babymeisje aan, en kijk dan naar het verschil. Broeder, u moet zeker heel nauwkeurig kijken. Het hele middenrif, de lichaamsbouw is bijna hetzelfde, de wijze waarop het gemaakt is en de vorm ervan en alles gewoon precies. Het is naar het beeld van dierlijk leven, omdat hij iets in de orde van een dier gemaakt werd, omdat dat zijn plicht was het dier te leiden.

67 En als u de Heilige Geest uit een mens neemt, dan staat hij lager dan het dier. Hij is slechter dan het dier. Dat is een harde zaak om te zeggen. Maar neemt u een man die niet wederom geboren is in zijn gedachten, zonder de Heilige Geest om zijn gedachten te richten, en dergelijke, hij zou een baby uit de armen van een moeder rukken en haar verkrachten vanwege beestachtige lust. Zo is het precies.

68 En een vrouw die niet goed is... Neem een oud moederzwijn of een oude moederhond, wij geven ze allerlei soorten namen voor... Maar haar moraal is alleen maar voor haar jonge hondjes en de zeug voor haar biggen, maar een ordinaire vrouw van slechte reputatie is net als... alleen steeds maar vuiligheid. Zo is het. Dus bedenk, dat u bent... Zonder Christus is uw moraal... kan lager vallen dan een hond. Zo is het.

69 De hond hoeft geen kleding te dragen om zichzelf te bedekken, geen enkel ander dier. Het was de mens die viel, niet het dierlijk leven. Maar daar het dierlijk leven onder dat van de mens is (het menselijk leven), was het eraan onderworpen, omdat de mens zijn gids en opperste leider was. En elk beest van het veld is bang voor de mens.

70 Iemand vroeg mij eens wat over jagen. "Bent u er bang voor?" Wel, elk dier dat ooit geschapen werd, is bang voor een mens, omdat dat zo moest zijn vanaf het begin daar ver in het verleden. Zie? Zeker. Als u hard wegloopt, zal hij achter u aanrennen (zo is het), de hond of wat u maar wilt. Goed.

71 Maar nu, merk nu op dat de mens, toen hij hier beneden kwam... Nu kijk, hier... U zegt: "Nu, hoe staat het er nu mee, broeder Branham?"

72 Nu, hier hebt u God er helemaal precies in, en tussen de eenheid en drie eenheid zult u de zaak nu precies juist krijgen. Kijk nu. Toen God neerkwam, Zichzelf ontvouwde, Zichzelf ontvouwde tot Hij neerkwam tot deze mens... Nu, de mens zondigde niet in zijn geest maar in zijn lichaam: lust, hartstocht. Toen hij zondigde, scheidde hij zich van zijn Maker af. En toen kwam God, de Logos, zijn Schepper Zelf, neer en werd naar het beeld van een mens gemaakt. De mens was gemaakt naar het beeld van God, en toen werd hij gemaakt naar het beeld van de beesten en hij viel. En God kwam neer in het beeld van een mens, in de Mens Christus Jezus, om pijn te lijden. God kon in de Geest geen pijn lijden. Hoe kon Hij in de Geest lichamelijke pijn lijden? Hij kon het niet. Dus ontvouwde God Zichzelf en werd naar het beeld van een mens gemaakt, om de mens te verlossen die verloren was. Zie?

73 En toen leed God in het vlees. I Timotheüs 3:16: "En buiten alle twijfel," (dat is discussie), "de verborgenheid der godzaligheid is groot; God is geopenbaard in het vlees,... is gezien van de engelen, is gepredikt onder... en geloofd en opgenomen aan de rechterhand des Vaders." Klopt dat? God Zelf kwam neer en leefde in een menselijk lichaam en onderging verzoeking. "God was in Christus de wereld met Zichzelf verzoenende." Ziet u wat liefde is? De liefde van God.

74 Nu, ik denk dat dit het was betreffende mannen en vrouwen. Nu, een vrouw is... Laat mij dit nu echt goed stellen, zodat u het kunt zien. Zie? De vrouw is onderworpen aan haar man. En de Bijbel zegt dat een man over zijn vrouw zal heersen. Maar hoe hebben ze dat veranderd! De vrouw heerst over de man. "Nu, jij blijft thuis, Jan! Je gaat niet." En dat stelt het vast. "Ja, mijn liefste." Ziet u?

75 Maar laat mij u iets vertellen, meneer. U zult verantwoording voor uw vrouw moeten afleggen. Maar uw vrouw zal nooit verantwoording hoeven afleggen voor u. U bent het hoofd van de vrouw en God is het hoofd van de man. Daarom zei Hij: "Laat de man zijn haar afknippen ter wille van Christus. En laat de vrouw haar haar houden, want als zij haar haar afknipt onteert zij haar man." Zie? Ziet u wat ik bedoel, of wat de Schrift zegt?

76 Ik had daar onlangs een verhit gesprek over in Shreveport. Zij spraken over de vrouwen, en of vrouwen lang haar moesten dragen. En ik zei: "Als een vrouw haar haar afknipte, had haar man het recht, het Bijbelse recht, om van haar te scheiden." Zo is het. Dat is wat de Bijbel zegt. Dat is helemaal juist. O my. Er zaten daar Heilige Geest-vrouwen, alleen de wijze waarop zij onderwezen waren, dat is alles... Zie? Ja, dat is... losjes. En als...

77 Hij zei: "Nu, als zij het willen afknippen, als er iets verkeerds was waarom zij hun haar moesten afknippen, laten zij dan een scheermes nemen en het helemaal afscheren", en het haar zo glad maken dat het uit haar hoofd komt. Zo is het. Dat is wat de Schrift zegt. Er staat: "Als zij haar haar afknipt, onteert zij haar man." En een vrouw die niet eerbaar is, kan rechtmatig in echtscheiding weggezonden worden. Maar hij kan nu niet opnieuw trouwen, maar hij kan haar in scheiding wegzenden. Zo is het. Dat is de Schrift. O, broeder, wat we nodig hebben zijn een paar vragen-avonden. Zo is het. Dat is 1 Korinthe, het veertiende hoofdstuk, als u het wilt lezen. Goed. Nu, dat... Nu, deze vrouw...

78 God schiep de mens, mannelijk en vrouwelijk. Ziet u wat Hij deed? Hij maakte de mens. Hij maakte... Nu, dat is de eerste vraag, zie: "Schiep Hij hen", enzovoort, Genesis 1:26. Genesis 2:7: "Hij formeerde hen uit het stof der aarde en blies in hun neusgaten."

     Wat is het verschil of waar is dit verband in het bovengenoemde Schriftgedeelte? Welk verband is er tussen de eerste mens en de tweede mens?

79 De eerste mens is de tweede mens gemanifesteerd in vijf zintuigen. Zie? Nu kunt u God niet zo met uw handen aanraken. U kunt God niet zien met uw ogen. Hij gaf ze u niet om dat te doen. U bent...

80 Hoorde u ooit een oude stervende heilige zeggen: "Daar is moeder, ik heb haar in jaren niet gezien"? Hoorde u ooit, dat als mensen... Kijk, wat het is, deze ogen worden minder en zijn bovennatuurlijke ogen beginnen te zien. Zie? En dan, als wij soms... als God het zo maakt, zien we visioenen waar dat natuurlijke oog vervaagt, recht voor ons, terwijl we er regelrecht naar kijken, en daar is een visioen voor ons, dat de bovennatuurlijke dingen van God toont. Ziet u wat ik bedoel?

81 Zo dan, kijk, "wanneer deze aardse tabernakel hier..." Nu, sommigen van u vrouwen en mannen hier zijn oud aan het worden. Kijk, "wanneer deze aardse..." Ik denk aan oude papa daar, tweeënnegentig jaar oud. Als deze aardse tabernakel wordt afgebroken, is er een geestelijk mens, een geestelijk lichaam, op ons wachtende, dat niet kan vergaan. Ik zal u daar zien. Ik zal lopen over...

82 Ik kan broeder Neville daarboven niet aanraken, omdat Johannes hen zag. Zij waren zielen onder het altaar, uitroepend: "Hoe lang, Heer, hoe lang?" U weet waarom, we gingen door Openbaring heen. En hoe zij daarin verlangden om terug te keren en bekleed te worden met sterfelijke lichamen. Zij riepen uit: "Hoe lang, Heer?"

83 Nu, zij kenden elkaar, maar zij konden niet spreken en handen schudden, of excuseer mij... zij konden spreken, maar geen handen schudden, enzovoort.

     Hier is het beeld om het te bewijzen. Toen de heks van Endor de geest van Samuël opriep en Saul naar hem keek, herkende hij dat het Samuël was. En Samuël herkende Saul en zei: "Waarom riep u mij uit mijn rust, ziende dat gij de vijand van God bent geworden en God van u geweken is?" Klopt dat? En daar stond oude Samuël met zijn profetenmantel aan en hij keek naar hem. Hij was in de geest...

84 De heks zag hem en viel op de grond en zei: "Ik zie goden uit de aarde opkomen."

     Hij zei: "Waarom hebt u mij verstoord?"

     En hij zei: "Wel, ik wil weten hoe de strijd zal verlopen."

85 Hij zei: "Morgen zult u in de strijd sterven en ook uw zonen, en tegen deze tijd morgenavond zult u bij mij zijn." Ziet u? Nu, hij was bij zijn bewustzijn en hij zag er net zo uit als toen hij hier op aarde was, voor die heks die daar stond en met Saul naar hem keek.

86 Nu, merk op. Vele malen... Hoe was het met vader en moeder toen zij stierven en hun geliefden daar zagen staan? Zij herkende hen. Maar het is in het bovennatuurlijk lichaam.

87 Maar nu is hier het glorieuze gedeelte. Bij de terugkeer van Jezus in de opstanding zal het niet dat lichaam zijn. Dat lichaam dan, dat bovennatuurlijk wezen, dat God in den beginne schiep, dat zal naar de aarde terugkeren om een ander lichaam te krijgen, niet geboren door een vrouw, maar geschapen door God (Halleluja!) om nooit oud te worden of een rimpel te hebben, nooit een grijze haar op uw hoofd te hebben. Om voor altijd volmaakt te zijn! Halleluja! O, broeder, dat zou me doen juichen op een hete avond. Zo is het! O, deze mantel van vlees zal ik afleggen en ik zal opstaan en de eeuwige prijs grijpen! Over wat ter wereld hoeven wij ons zorgen te maken?

88 Daar ligt het hele plan hoe God mij in het begin schiep. Ik kwam hier neer op aarde, nam mijn plaats in als evangelieprediker, of u als man of vrouw voor redding, wanneer u het leven leeft door de genade van God. Halleluja! En diezelfde geest die hier weggaat, die was daarginds in het begin. Ik zal teruggaan naar het bewustzijn van te weten dat ik hier was (Halleluja!), en dan daar onder het altaar wachten, voor immer gezegend, in rust. En als ik dan terugkeer neem ik mijn lichaam op, dat op z'n allerbest is, voordat de dood het ooit sloeg.

89 De dood slaat toe als u ongeveer tweeëntwintig of drieëntwintig jaar oud bent, dan begint u af te nemen. U bent niet meer de man die u vroeger was, en de vrouw die u vroeger was, nadat u ongeveer vijfentwintig jaar bent. Er begint iets. Er beginnen rimpels onder uw ogen te komen. U kunt niet meer wassen zoals u gewoonlijk deed. Op dertigjarige leeftijd kunt u er heel wat van merken. Wacht tot u vierenveertig bent zoals ik en dan merkt u het werkelijk. Maar, o, broeder! Wacht totdat ik tachtig, negentig jaar ben en daar sta met een stok. Wat is het? God plaatst hem gewoon in een wedloop om te lopen. Maar op een heerlijke dag... Dat is de dood die inzet...

90 Ik had eens rechte schouders, had zwart haar (en een hoofd vol) en geen rimpels onder mijn ogen. En kijk nu naar mij, afnemend, afhangende schouders, vet wordend en rimpels onder mijn ogen, kaalhoofdig. Wel, zie wat de dood in ongeveer de laatste twintig jaar aan mij doet. Dat doet de dood! Wacht totdat ik tachtig ben, als God mij laat leven, en kijk hoe ik er dan uitzie, ergens zó staande met een oude stok, bevend zoals dat. Maar halleluja, op een zekere heerlijke dag zal de dood zijn volle tol nemen. Wanneer ik dan opsta in de opstanding, zal ik zijn wat ik was, wat God mij hier op aarde maakte op m'n allerbest, in een lichaam dat niet door mevrouw Branham en meneer Branham gemaakt werd, maar geschapen door God Zelf. Vrij van verzoeking, vrij van zonde, vrij van al het andere, om nooit meer een ziekte of hartzeer te hebben. O my!

91 Dan zal ik de handen van mijn kleine vrouw pakken en zo door het paradijs van God wandelen, in het duizendjarig rijk. U zult hetzelfde doen. Niet de oude vrouw met grijs haar die u vanavond met u meeneemt, die u uw vrouw noemt, maar zij zal net zo mooi zijn als op de dag dat u haar bij het altaar trouwde. Halleluja! Whew! Dat is genoeg om een mens te laten juichen, is het niet? Zie?

92 Goed, dat is het verband. God is vastbesloten. Als God Zich voorneemt om iets te doen, moet het zo zijn. Satan bedierf dit beeld door seksuele begeerte, door de vrouw, om kinderen voort te brengen. Hij bedierf het. Maar ga ermee door en doe het, dat is in orde. Deze woonplaats is om deze op te pikken, omdat het enige wat u in dit leven doet is uw vorm en beeld oppikken, wat u bent. Als u nu rood haar hebt, zult u dan roodharig zijn. Als u nu zwart haar hebt, zult u dan zwartharig zijn. Zie, wat u op z'n best was. En als u... Satan verstoorde het beeld, u werd zelfs niet hoe God bedoelde dat u zou zijn, u zult het zijn. O, hoe glorieus. Daar is uw mens.

93 Nu, Genesis 2. Zeg, ik moet voortmaken, ik zal ze nemen. Hebt u er iets uit gekregen? Ja? Kreeg u iets? Kreeg u ze beantwoord? Goed. Genesis 2:8–21:

2 God maakte Eva van Adams rib, Genesis 2:18–21. Schiep God toen mannen en vrouwen, en maakte Adam en Eva...?

3 En ging Kïn naar de juiste schepping van mannen en vrouwen voor zijn vrouw?

94 Nu, laten... De persoon die dit schreef is waarschijnlijk aanwezig. Nu, toen God... In de eerste vraag hier:

     Maakte God mannen en vrouwen, van Genesis 2:18–21?

95 Nee, ik... zoals u hier zult zien, hoofdstuk 2:18–21. Nu, let op:

     Ook had de HEERE God gesproken: Het is niet goed, dat de mens alleen zij; Ik zal hem een hulpe maken...

     En uit de grond formeerde de Here elk beest, enzovoort.

96 Nu, God maakte Eva uit de zijde van Adam. De vrouw heeft vandaag één rib meer in de anatomie en de lichaamsbouw dan de man, omdat er een rib uit Adams lichaam genomen werd. Adam was al gemaakt en leefde en was eenzaam, en toen zei God: "Het is niet goed dat de mens alleen zij."

97 Dus deze priesters, enzovoort, die het recht om een vrouw te hebben, ontzegd worden... Nu, wat dat betreft kan de Roomse kerk doen wat ze ook... Dat is aan hen; zij zijn degenen die daarvoor verantwoording moeten afleggen, ik niet.

98 Wel, onlangs vroeg een man mij: "Hoe denkt u erover?" Een priester. Hij zei: "Wat denkt u over die jonge priester hier in de stad die die vrouw nam, dat meisje, een meisje hier uit Jeffersonville, en met haar ging trouwen?" (In de Ierse kerk, weet u nog. Ik ben vergeten wat zijn naam was.)

99 Ik zei: "Hij had net zoveel recht om getrouwd te zijn als ik. Dat is precies hoe ik erover denk." Ik zei: "Het enige wat ik denk dat hij verkeerd deed, is dat hij naar de kerk had moeten gaan en zijn ambt neerleggen, en dan met het meisje gaan trouwen, in plaats van zo maar weg te lopen."

100 Nu, u herinnert het zich, toen het een paar weken geleden hier in Jeffersonville plaats vond met de Iers-katholieke priester hier. Hij is een jonge knaap en hij ging... had hier een of ander liefje. En toen hij... Zij gaven hem een groot liefde offer en lieten hem van parochie veranderen en ze zonden hem ergens naar Indianapolis. En hij nam gewoon het liefde-offer, het meisje en alles, ging weg en trouwde, en ze hebben nooit meer van hem gehoord. Wel, hij had het recht om te trouwen, maar hij had geen recht om dat te doen. Hij had dat niet moeten doen. Hij had naar de kerk moeten gaan en zeggen: "Hier, ik leg dit ambt als priester neer. Ik ga trouwen en daarmee uit."

101 Maar nu, toen God Eva maakte, Adam en Eva tegelijkertijd, het enige wat Hij maakte was het bovennatuurlijke, de geest Adam en de geest Eva, de man en vrouw. Toen maakte Hij... plaatste Hij Adam hierin. Het was niet goed voor... Zie, het is Gods beeld, dat zich heel de tijd ontvouwt. Alles zoals dit, het komt gewoon precies neer, zich regelrecht ontvouwend, uitkomend door het duizendjarige rijk daarginds en zo regelrecht door, de eeuwigheid in. Gods beeld dat zich gewoon ontvouwt. God Die Zichzelf ontvouwt.

102 Hier manifesteerde God Zichzelf in Christus Jezus. Het toonde wat Hij was. Wat was Jezus? Een man van smarten, bekend met droefheid, liefhebbend. Hij zei tegen de hoer: "Waar zijn uw beschuldigers?"

     "Ik heb er geen, Here."

     "Zo beschuldig ik u ook niet. Ga heen en zondig niet meer."

103 Vermoeid en afgemat op die dag van het lopen van ongeveer vijftig kilometer door het woestijnzand en zo, kwam er een vrouw te Naïn naar buiten, en haar enige jongen lag daar dood. Hij stopte de rouwstoet, legde Zijn handen op hem en zei: "Sta op!" En de jongen die dood was, stond weer op. Dat is onze Here Jezus. (Dank je, Teddy, zoon.) En dat was daar onze Here Jezus Die nooit te vermoeid was, nooit te afgemat om iets goeds te doen. In orde.

     Nu, hier is iets anders:

     Ging Kaïn naar de eerste schepping van man en vrouw voor zijn vrouw?

104 Nu, dat is een erg netelige vraag. Luister nu heel aandachtig. Nu, o, ik heb... U hebt mensen gezien die het in de krant hebben gezet: "Waar kreeg Kaïn zijn vrouw vandaan?" O, ik was gewoon het te zeggen.

105 Gedurende ongeveer vier jaar na mijn bekering onderwees ik nooit dat er een brandende hel was. Ik moest het in de Schrift zien. Als ik het niet wist, zou ik er ook niets over zeggen. Zie?

106 Maar nu, "Waar haalde Kaïn zijn vrouw vandaan?" Nu, dat is de analyse van deze vraag. "En ging Kaïn om zijn vrouw naar de schepping van mannen en vrouwen?" Ziet u? Nu, één van de eerste...

107 Deze mevrouw DeArk; gisteravond hoorde u allen over haar genezing, hoe God haar zegende en alles. Zij lag daar stervend, zij kwamen en haalde mij rond twee uur in de morgen.

108 En dus, nu, dat is hoe ik kom... Haar jongen, George, de jongen was een medium, Ed ook. (Zij waren in een winkel.) En ik hoorde daar toen een discussie, waar de eerste... waar Kaïn zijn vrouw vandaan haalde. Wel, degene die het woord voerde, scheen het beste argument te hebben, en hij zei: "Ik vertel u waar Kaïn zijn vrouw vandaan haalde." Hij zei: "Kaïn ging heen en trouwde met een heel grote, vrouwelijke aap." En hij zei: "Uit die aap kwam het gekleurde ras voort." Hij zei: "Let er maar eens op dat het hoofd van de kleurlingen een enigszins spitse vorm heeft zoals bij de aap, in het hoofd."

109 Wel, ik stond daar, ik was net ongeveer twee maanden oud in het Evangelie. Ik zei: "Ik wil niet met u verschillen, mannen, omdat ik geen geleerde ben; ik ben pas gered. Maar", zei ik, "als dat zo is, dan zou het gekleurde ras mensen opgehouden hebben te bestaan toen de antediluviaanse vernietiging er was, toen de wereld vernietigd werd door water, want Noach en zijn gezin waren de enigen die in de ark waren. Dat waren de enigen die in de ark waren. Het gekleurde ras zou opgehouden hebben te bestaan, als dat zo zou zijn." Ik zei: "Nee, meneer. Het gekleurde ras kwam daar nooit vandaan. Beslist niet. Het gekleurde ras is van dezelfde boom als waar wij van zijn, en elk menselijk wezen is van dezelfde." Er is geen verschil. Zo is het precies. We zijn gewoon allen... De een mag geel zijn en de ander bruin, de ander zwart en de ander blank en de ander bleek en de ander rood en zoiets als dat, maar u bent allen van diezelfde boom. Dat is slechts het lichamelijk gedeelte hier aan de buitenkant. Zo is het. U bent evengoed menselijke wezens, hier door God geschapen.

110 En nu, merk op, hier niet lang geleden, terwijl ik hier stond met enige dokters in Louisville, sprak ik erover hoe in Afrika deze arme mensen, speciaal de kannibalensoort, daar een vrouw hadden die een kleine baby genomen had... Zij vonden een kleine baby, die zij zo geslagen had en vastgebonden aan een boom en het een paar dagen had laten rotten, weet u, totdat het bedorven was voordat zij het aten, weet u. Zoiets dergelijks, zij lieten het een poosje rotten, totdat het zacht werd.

111 Denk niet dat het teveel gezegd is over de kannibalen. In Engeland doen zij hetzelfde. Ze doden fazanten en hangen ze in de bomen, totdat alle veren eruit vallen, dan eten zij ze. Dat is het moederras van het Anglo-Saksische volk in Engeland. Dat is waar. Ik denk niet... U hoeft niet naar Engeland te gaan, ga gewoon hier in de zuidelijke staten; u zult hetzelfde vinden. Zeker. Elk mens zou een slak of een ratelslang kunnen eten, al het andere kunnen eten. Dus... Ja.

112 Let nu op, laat mij u vertellen... Maar dit is wat er gebeurde. Het gekleurde... Het gekleurde ras heeft hier niets mee te maken. Kaïn...

113 Nu, ik wil dat u oplet. Ze zeiden dat hij naar het land Nod ging. Nu, Kaïn was in Eden, en Eden, de hof was in Eden, de hof van Eden lag ten oosten van Eden. Klopt dat? De hof van Eden lag ten oosten van Eden. En de cherubs waren geplaatst en de boom des levens was aan de oostpoort van de hof. En daar is het waar ik denk dat Kaïn en Abel hun offer brachten. En daar is waar de cherubs met het vlammende zwaard hen er niet meer in wilden laten komen, ten oosten van de poort.

114 Merkte u op dat Jezus uit het oosten zal komen? Het licht komt op in het oosten. Alles komt... De beschaving begon in het oosten en reisde naar het westen, totdat het omkeert en opnieuw begint. Wij zijn het westelijk halfrond. Dat is het oostelijke, de oosterse is de oudste beschaving. China is in de wereld vandaag de oudste beschaving waarvan de geschiedschrijvers weten. Het oosten!

115 O, hoe zouden wij uren bij deze vragen kunnen blijven, bij één vraag, maar ik zou de andere ook willen nemen. Maar let op, hier is... Hoevelen zouden graag willen weten wat wij over Kaïn geloven, waar en wie Kaïns vrouw was? Laten we zien. Goed. Ik zal u vertellen wat Kaïn deed en het is het enige redelijke antwoord dat u kunt bedenken: Kaïn trouwde met zijn eigen zuster. Hij moest wel, want er was toen maar één vrouwelijk wezen op de aarde; de Bijbel vermeldt er alleen drie die geboren werden, Cham, Sem... Of niet... neem me niet kwalijk, het waren Kaïn, Abel en Seth. Maar als er geen enkele... De Bijbel spreekt zelden over de geboorte van een meisje. U weet dat.

116 Nu, ik heb het vanavond wel op de vrouwen gemunt. Maar kijk, de wereld aanbidt vrouwen, maar vrouwen waren in het begin het instrument van de duivel. En een onrechtvaardige is vandaag het beste instrument dat hij heeft. Zij zal meer predikers naar de hel zenden dan al de kroegen die er in de wereld zijn. Kijk maar eens naar de kleine 'flapper' [Benaming van toentertijd zelfbewuste vrouwen, die hun haren kort knipten, korte rokken droegen, veel dronken en rookten en minachtend deden over dat wat als acceptabel en gangbaar werd gezien – Vert], met een sigaret in haar mondhoek en haar haar zo opgemaakt, en grote, knipperende, lange wimpers. Broeder, een kleine... met een aardig uitziend lichaam, let op wat zij zal doen.

117 Prediker, u kunt uzelf maar beter bedekken met het bloed van Jezus Christus. Zo is het. Nu, vertel mij niet dat u een man bent! Ik heb er al teveel van gezien. Nu, let hierop. Het beste wat u kunt doen is uw gedachten gericht houden op Jezus Christus en uw gedachten zuiver laten zijn.

118 Zoals Paulus daar zei: "Het is... En wij weten dat wij de macht hebben om een zuster te leiden. Ik heb macht om het te doen, maar", zei hij, "ik zal het niet doen." Zie, hij wilde het niet. Hij zei: "Ik weet dat de bediening behoorde te leven van hun... Men moet de dorsende os niet muilbanden."

119 Weet u, wij denken soms omdat wij predikers zijn – niet u en ik, dat zeg ik niet, broeder – maar predikers denken, omdat zij prediker zijn, dat zij iemand zijn die groter is dan één van de gewone leden van de gemeente. U bent niet groter en u bent niet meer in het aangezicht van God dan die dronkaard die een uur geleden bekeerd werd.

120 Dat is één zaak die de reformatie nooit opruimde, dat waren deze dingen. Ik weet dat ik mijn naam teken met 'eerwaarde' . Dat is zo, dat is gewoon de gewoonte van vandaag, maar het behoorde eigenlijk niet gedaan te worden. 'Eerwaarde' en 'bisschop' en 'doctor' en al deze dingen zijn mensengemaakte titels en ze zijn onzin. In de Bijbel waren zij 'Petrus, Jakobus, Paulus, Johannes' en al de overigen.

121 Paulus zei: "Nu hier, ik weet dat ik het Evangelie predik, dat is mijn plicht." Ik ben een prediker en hij is een prediker, broeder Neville is een prediker, maar het... Dat is onze plicht om een prediker te zijn. Wel, dat is alleen maar wat wij verondersteld worden te doen. "Maar", zei Paulus, "laat mij daar iets bovenop doen. Nu, ik heb het recht om geld te nemen," zei Paulus, "maar ik ga tenten maken, alleen maar om u te laten zien dat ik een offer kan brengen." Hij zei: "Het is eerbaar; het huwelijk is eerbaar onder allen, het bed is onbevlekt. Het is goed voor een mens om getrouwd te zijn." Hij zei: "Nu, ik heb recht om getrouwd te zijn, ik zou getrouwd kunnen zijn, ik heb een wettig recht om getrouwd te zijn. Maar ik wil gewoon niet trouwen. Ik wil nog een offer aan de Here brengen." Ziet u? Toen zei hij: "Iedere man kent zijn roeping. Laat hem doen zoals... Sommigen zijn gesnedenen ter wille van het Woord van God", enzovoort.

122 Wij willen iets doen boven onze plicht. En als u werkelijk wederom geboren bent uit de Geest van God en zegt: "Dat is mijn plicht, om naar de gemeente te gaan; ik veronderstel dat ik moet gaan.".. O my! Wel, ik wil meer doen dan dat, ik wil enkele zielen voor Christus winnen. Ik wil iets doen! Ik wil de zieken bezoeken of iets voor Hem doen. Het is mijn plicht om begrafenissen te prediken, het is mijn plicht om het Evangelie te prediken, het is mijn plicht om voor de zieken te bidden. Laat mij nog iets anders doen, laat mij uitgaan en iets doen waardoor God mij zal eren.

123 Nu, terug naar Kaïn. [Leeg gedeelte op de band – Vert] Want Eva was de enige vrouw die door God geschapen was en als zij geen enkele dochter had gehad, als die laatste vrouw (de enige vrouw) stierf, zou het menselijk ras opgehouden hebben te bestaan. Klopt dat? Er zouden geen andere vrouwen meer geweest zijn. Dus moet zij dochters gehad hebben. En Kaïn trouwde met zijn eigen zuster, want hij moest wel, er was geen andere plaats waar vrouwen vandaan konden komen.

124 En het was wettelijk en wettig in die dagen, zelfs voor Abraham en zelfs zo door tot Izaäk. Izaäk trouwde met zijn bloedeigen nicht. En Abraham trouwde met zijn eigen zuster, bloedeigen zuster. Zijn vaders... Het waren verschillende moeders, maar dezelfde vader. En de kiem komt uit het mannelijke geslacht. Sara, die de wonderbare Izaäk voortbracht. Klopt dat? Er was toen niemand anders op aarde.

125 Dat was allemaal in type, tonend dat de... Hier is het, broeder! Izaäk... Rebekka is een type van de gemeente en Izaäk is een type van de bruid [Broeder Branham bedoelt "Bruidegom" – Vert], Christus. Is dat juist? En zij moeten een bloedverwantschap hebben. Halleluja! Amen. Bloedverwantschap.

126 Dus Kaïn trouwde met zijn zuster en dat is... Toen gingen ze daar naar het land Nod. Nu, wij komen tot een diep onderwerp als we wat verder zouden gaan, en ik ben blij dat u mij nooit iets verder dan dat vroeg, zoals: "Waar waren die reuzen die daar toen in dat land waren?" Josephus en verschillende anderen hebben veel redeneringen daarover. Amen! Als ik dat niet juist begreep, broeder, overhandig het zondagmorgen opnieuw. Goed.

4 Zou u willen verklaren dat zondag de eerste dag van de week is en zaterdag de zevende dag? Christenen gaan naar de kerk op zondag, de eerste dag van de week. Moeten zij niet op zaterdag gaan, de zevende dag van de week?

127 Welnu, dierbare vriend, wie het ook vroeg, dat is een zeer goede vraag. Het is een oude vraag, die vandaag onder duizenden Schriftonderzoekers beargumenteerd wordt, maar laat mij vanavond mijn versie geven, ziet u, dat is alles wat ik kan doen. Als ik ongelijk heb, wel, verdraag mij, en God zal mij vergeven, ziet u, als ik het verkeerd doe.

128 Nu, voor zoverre een wet... Nu, het is waarschijnlijk iemand van de Zevende dag-adventisten, die hier zit. Dat was mijn eerste studie, de Zevende dag-advent. Zo is het. Het was het Zevende dag-adventisme, dat ik het eerst bestudeerde. En toen zij kwamen en mij vertelden dat zaterdag de zevende dag was, broeder, dat was volgens de Joodse kalender. En: "De Romeinse kalender gaf het niet aan, en zaterdag moest eigenlijk zondag zijn." Wel, ze hadden mij overtuigd van iets waarvan ik dacht dat het juist was. En zolang ik hun literatuur las, was ik er gewoon honderd procent voor, maar op zekere dag kreeg ik een Bijbel in handen en toen zag ik dat het anders was. Zie?

129 Nu, zaterdag is de sabbatdag volgens de cyclus van de week. Nu, wij weten het niet. Het is veranderd en wij hebben zoveel veranderingen gehad, dat je nooit precies weet wat het was. Ziet u? Omdat wij... Nu, de Joden beweren dat wij net ongeveer... Het is nu ongeveer 1970 of zoiets, volgens hun cyclus, hun kalender. De Romeinse kalender geeft 1953 aan. En ze hebben nog een andere kalender die weer wat anders aangeeft. Maar dat bewijst het Christendom; het is allemaal gebaseerd op de geboorte van Christus. Ziet u? Vandaar beginnen wij te rekenen.

130 Maar nu, wat de zevende dag betreft, er zijn nu heel wat Pinkstermensen die sabbattist zijn, die de zaterdag als sabbat houden. Nu, zij zeggen: "Er is voor u geen woord in de Bijbel om de zondag als een dag te houden." Nu, ik zal hetzelfde zeggen over de sabbat in het Nieuwe Testament. Ziet u? Nu, zaterdag was de sabbatdag die aan de Joden gegeven werd. Het werd alleen maar gegeven in een tijdsruimte.

131 Nu, dit kan misschien een andere vraag doen oprijzen om erop af te vuren. Maar let nu op. Toen God rustte op de zevende dag, werd de zevende dag destijds niet in acht genomen, voor zover ik het weet van de Schrift, dan tot bijna vijftienhonderd jaar later. En in de woestijn gaf God Israël de zevende dag tot een teken tussen hen en God.

132 En God rustte op de zevende dag, Zijn rustdag ter gedachtenis. Ik zeg dat op deze manier ten behoeve van deze mogelijke Zevende dag-adventistenbroeder of -zuster, zie, en zij hebben een lieflijke kerk. En let nu op, ik verschil gewoon een beetje van hen betreffende deze vraag.

133 Nu, God heiligde de zevende dag. Zes dagen was de mens. De zevende dag was Gods rustdag, hetwelk een type was, een type van het duizendjarig vrederijk. Merk dit nu op hoe het erin past. Toen Jezus naar de aarde kwam, kruisigde men Jezus omdat Hij de sabbatdag niet hield. De enige twee beschuldigingen die zij tegen Jezus hadden, waren dat Hij de sabbatdag brak en Zichzelf God maakte. En Hij zei dat Hij de Heer van de sabbat was. Hij had... Hij was ook Gods Sabbat en Hij was God. Dus hadden zij geen wijze om Hem te beschuldigen.

134 Laat mij dit nu gewoon voor u op orde stellen en u tonen welke dag u moet houden. Is er een Schriftgedeelte? Ik zal dit tot stichting van u vragen:

     Is er een Schriftgedeelte, broeder Branham, dat ons vertelt en machtigt om de zondag te houden, net als dat de Joden de zaterdag hielden?

135 Zeker niet, dat is er niet. Er is geen Schriftgedeelte in de Bijbel, in het Nieuwe Testament, voor ons om òf de zaterdag òf de zondag te houden. Maar de reden waarom wij de zondag houden, is een gedachtenis aan de opstanding. Niets...

136 Nu zult u zeggen: "De Rooms-katholiek deed dat." Zij beweren dat zij het deden, maar als zij het deden, dan was Paulus een Rooms-katholiek en ook Petrus, Johannes en Jakobus en de overigen van hen, want zij kwamen samen op de eerste dag van de week voor hun aanbidding. En volgens de geschiedschrijvers was de enige wijze waarop zij het verschil konden weten tussen een christen-Jood en een orthodoxe Jood (zij gingen beiden naar de synagoge) dat de één op zaterdag ging, die de opstanding van Jezus ontkende, en de ander op zondag, die geloofde dat Jezus opstond uit de dood. En dat was een merkteken. En dat zal het zijn; het is nog een merkteken en het zou erop uit kunnen lopen het merkteken van het beest te zijn.

137 Nu, ik weet dat de... Ik heb gehoord dat de Zevende-dag Adventisten-broeders denken dat dat het zegel van God is. Ze zeiden: "U bent verzegeld door het houden van de sabbat." Er is geen Schriftplaats in de Bijbel die dat zegt.

138 En hier is een Schriftplaats in de Bijbel die zegt dat u verzegeld bent, Efeze 4:30, waar staat: "Bedroef niet de Heilige Geest van God, waardoor gij verzegeld zijt tot de dag van uw verlossing", de doop van de Heilige Geest.

139 Nu, ik zal u bewijzen dat Gods zegel de doop van de Heilige Geest is. Zie? Dat is de doop van de Geest, het zegel van God. In Jesaja 28 staat: "Het moet gebod op gebod zijn, regel op regel, hier een weinig en daar een weinig."

140 Let nu op, dierbare vriend. De mensen die ophouden met werken... Zie, mensen proberen iets te vinden om zichzelf te redden. Er is niets dat u ervoor kunt doen. U bent gered door genade. God roept en God redt. U volgt slechts de voetstappen van God, dat is alles. U kunt niet zeggen... Dat is de natuur van de mens. Zij proberen op te houden met vlees te eten, zij proberen sabbat te houden, zij proberen te... "Als u zou ophouden met dit te doen." Het is... U bent niet gered door geen vlees te eten, u bent niet gered door dit, dat of dat andere. U bent gered door genade! En God geeft u door genade het nieuwe, eeuwig leven. Ziet u wat ik bedoel? En eeuwig leven is de doop van de Heilige Geest.

141 Nu, laat mij u iets tonen. Wat betekent het woord sabbat? Als iemand het weet, wilt u dan uw hand opsteken? Sabbat? [Een zuster zegt: "Rust." – Vert] Rust. Precies. s-a-b-b-a-t, sabbatdag betekent 'r-u-s-t', rustdag. Neem uw kanttekening in de Bijbel en kijk: 'Rust'-dag. Laten wij nu heel snel naar Hebreeën, het vierde hoofdstuk, gaan. En wij zullen... wij zijn...

142 Dit is hier mijn laatste vraag. En broeder, kijk of broeder Neville ze daar heeft. Ik weet dat er een aantal korte bij zijn, dus zullen wij u niet veel langer houden. Nu neem mij niet kwalijk als ik ze neem.

143 Nu, als u hier het woord rust ziet, dan weet u dat het sabbat betekent.

144 Nu, hier is het Nieuwe Testament. Jezus, in Mattheüs, Hij begint bij het vijfde hoofdstuk van Mattheüs en Hij begint zo: "Gij hebt gehoord dat tot de ouden gezegd is: 'Gij zult geen overspel bedrijven.'" Dat, wat was dat? De wet, de geboden. "Maar Ik zeg u, dat wie een vrouw aanziet om haar te begeren..." Hij veranderde het, is het niet? "U hebt gehoord dat tot de ouden gezegd is: 'Gij zult niet doden', maar Ik zeg u..." Hij veranderde het, is het niet? (Ik dacht dat Hij de wet niet veranderde?) Goed. Hij zei: "Maar Ik zeg u, dat wie boos is op zijn broeder, zonder oorzaak, heeft al gedood." Dat was nooit onder het Oude Testament, dit is het Nieuwe Testament. Hij ging erboven uit, zie, en gaf deze geboden uit, maar Hij miste... sloeg het vierde gebod over, hetwelk de zevende dag is. Nu, hier in het zevende hoofdstuk...

145 Hier is wat Hij zei in de zaligsprekingen. Hij zei: "Gij hebt gehoord dat tot de ouden gezegd is: 'Gij zult en gij zult niet', en Ik zeg u wat anders. U hebt gehoord dat tot hen gezegd is: 'Tand om tand en oog om oog', maar Ik zeg u... U hoorde dat tot hen wat anders gezegd werd, maar Ik zeg u."

146 Nu, aan het slot van dit alles liet Hij het vierde gebod weg. Nu, dat was: "Gedenkt de sabbatdag dat gij die heiligt." Nu, Hij zei: "Komt tot Mij, allen die vermoeid en belast zijt, en Ik zal u rust geven voor uw ziel."

147 Let nu op. "Wie overspel bedrijft moet gestenigd worden." Zij moesten werkelijk in de handeling van het bedrijven van overspel zijn. Klopt dat? En het moest lichamelijk gedaan worden. "Wie doodt", moest een moordenaar zijn.

148 Maar Jezus zei: "Wie naar een vrouw kijkt"; zijn ziel, geest, niets in zijn lichaam nu... Zijn ziel is verlost; het was toen niet zo; het was een tuchtmeester, zie, dat was de wet. Nu, Hij zei: "Wie een vrouw aanziet om haar te begeren, heeft in zijn hart al overspel met haar gepleegd." Nu, Hij zei: "U hebt gehoord dat er gezegd is: 'Gij zult niet doden', maar Ik zeg u, dat wie zonder oorzaak boos is op zijn broeder, al gedood heeft."

149 Nu, Hij zei, met andere woorden, over de sabbat: "Komt tot Mij, allen die vermoeid en beladen zijt, en Ik zal u rust geven voor uw ziel, sabbat voor uw ziel." Niet voor het natuurlijk lichaam, maar voor uw ziel.

150 Luister nu naar Paulus. Als u gewoon kunt... Ik weet dat het heet is en alles, het is hierboven ook heet. Maar nu, laten wij dit nu afsluiten, zodat wij zeker zijn het te hebben vastgezet. Nu, Paulus schrijft aan de Hebreeën; wie waren de Hebreeën? Zeg op. De Joden, klopt dat? Nu, zij waren degenen die de wet hielden, de sabbathouders. Is dat juist? Klopt dat, broeder, prediker? Zij waren sabbathouders, zij waren de houders van de wet. In orde.

151 Nu, Paulus toont de Joden door schaduwen en type wat de wet typeerde. "De wet, hebbende een schaduw der toekomende goederen", en hij gaat door en geeft het daar op één plaats weer als de maan en de zon. Zoals de maan alleen maar een schaduw van de zon is, die schijnt op een of ander land of een of andere wereld en hier weerkaatst. Maar nu, en het zou niet kunnen... maar Hebreeën 9...

152 Let nu op, in Hebreeën 4 komt hij tot het sabbatprobleem. Kijk nu:

     Laat ons dan vrezen, dat niet te eniger tijd, de belofte van in Zijn rust in te gaan nagelaten zijnde...

153 Paulus spreekt nu tot de sabbathouders, de mensen die de sabbatdag hielden: "Laat ons dan vrezen, dat terwijl ons een belofte gelaten is omtrent een sabbatdag", met andere woorden. Of als u wilt opletten wat de kanttekening zegt of "het houden van een sabbat". Het is "j" in de mijne, uit de Scofield Bijbel, of het "houden van een sabbat." Zie? Goed.

     Laat ons dan vrezen, dat niet te eniger tijd, de belofte van in Zijn rust in te gaan nagelaten zijnde, iemand van u schijne achtergebleven te zijn.
     Want ook ons is het Evangelie verkondigd, zoals hun;... (terug naar de wet) maar het woord der prediking deed hun geen nut, omdat het met het geloof niet gemengd was in degenen, die het gehoord hebben.

154 Nu, dat was toen, onder de wet. Zij hadden geen geloof, omdat er niets was om het op te baseren. Zie? Goed:

     Want wij, die geloofd hebben, gaan in de rust,...[Engels: "Zijn rust" – Vert]gelijk Hij gezegd heeft:...

155 Nu, 'Zijn' rust. Nu, 'Zijn', dat is de rust van Christus (in orde), Zijn rust, Zijn sabbat. Ik ben... Elke keer dat het woord 'rust' daar geschreven is, ga ik het woord 'sabbat' gebruiken, zodat u een begrip zult hebben over het houden van een dag. Ziet u?

     Want wij, die geloofd hebben, gaan in Zijn (sabbat) rust, gelijk Hij gezegd heeft: Zo heb Ik dan gezworen in Mijn toorn:... (op de Hebreeën) Indien zij zullen ingaan in Mijn rust! hoewel... (nu, let op de boodschap van Paulus over Gods geheiligde dag) ... hoewel Zijn werken van de grondlegging der wereld af al volbracht waren.
     Want Hij heeft ergens van de zevende dag... van een rust... (of een sabbat... Is dat juist? Ik zal dat benadrukken, zie?) Want Hij heeft ergens... (in de wet) van de zevende dag aldus gesproken: En God heeft op de zevende dag van al Zijn werken gerust.

156 Dat was Zijn zevende dag. Nu, Paulus wilde toegeven dat God het hun gaf; dat was de zevende dag. En God rustte op de zevende dag. Hij zegende de sabbatdag. Hij wijdde die, Hij heiligde die en maakte hem tot een dag van rust. God rustte van al Zijn werken.

     En in deze plaats weer: Indien zij in Mijn rust zullen ingaan! (Sprekend van Jezus.)

157 Nu, er is nog een sabbat ergens. Waar is het? Nu, bedenk dit hier. 'Gods rust', die zevende dag. Paulus zei: "Zij hadden dat op een zekere plaats." Maar nu wederom zegt Hij: "Indien zij in Mijn rust zullen ingaan", sprekend van Jezus in Mattheüs. Goed.

     Daar dan blijft, dat sommigen in die rust ingaan, en degenen, aan wie het Evangelie eerst verkondigd was, niet ingegaan zijn vanwege de ongehoorzaamheid,
     Zo bepaalt Hij weer...

158 Nu, luister aandachtig. Ieder die luistert, zeg: "Amen!" [De samenkomst zegt "Amen!" – Vert] Luister:

     Zo bepaalt Hij weer een zekere dag...

159 Hij bepaalde hier een dag. Wat was het? Iedereen zegt onmiddellijk: de sabbat! Klopt dat? Hij bepaalde de zevende dag van de week als een sabbat op deze plaats.

     Zo bepaalt Hij weer een zekere dag, namelijk heden, door David zeggende,... (in de Psalmen) zo lange tijd daarna... (totdat Jezus de eerste keer kwam, ziet u?) (gelijk gezegd is): Heden, indien gij Zijn stem hoort, zo verhardt uw harten niet. (Er is nog een andere rust komende; geen lichamelijke, maar een geestelijke.)

160 Let nu op. Dus zegt u: "Dan hebben wij ook de zevende dag." Nu, houd dit even een ogenblik vast. Laten wij het volgende vers lezen, zie, neem het niet te vlug. Goed:

     Want indien Jozua... [Engels: Jezus – Vert] hen in de rust gebracht heeft,... (rustdag) zo had hij daarna niet gesproken van een andere dag.

161 Toen Hij de wet veranderde, van de wet naar de genade, zou Hij hun dan niet een dag gegeven hebben om te rusten, een rustdag, een zekere dag? Maar Hij zei nooit iets over de sabbat. Hij zei nooit iets over zondag. Hij zei nooit iets over zaterdag. Maar hier is wat Hij zei, wat Paulus zei. Nu, let op, "En..." Het negentiende... of het negende vers:

     Er blijft dan een sabbat over voor het volk van God. (Dat is vandaag!) Er blijft een sabbat voor het volk van God.
     Want die... (u of ik) ingegaan is in zijn rust... (Jezus' rust, "Komt tot Mij, allen die vermoeid en belast zijt en Ik zal u rust geven.") die... (u of ik) heeft zelf ook van zijn werken gerust, gelijk God van de Zijne in het begin.

162 Amen! Daar is uw sabbat. Klopt dat?

     Laat ons dan ons benaarstigen, zei Paulus, om in die rust in te gaan, opdat niet iemand in hetzelfde voorbeeld der ongelovigheid valle. (Van dagen, enzovoort, zie?)
     Want het Woord Gods is levend en krachtig, en scherpsnijdender dan enig tweesnijdend zwaard, en gaat door tot de verdeling van de ziel, en van de... (laat ons zien) ... van de geest, en van de... (even een ogenblik) ... en van de samenvoegselen, en van het merg, en is een oordeler der gedachten en der overleggingen des harten.
     En er is geen schepsel onzichtbaar voor Hem; maar alle dingen zijn naakt en geopend voor de ogen van Hem, met Wie wij te doen hebben.

163 Nu, kijk, God rustte op de zevende dag, schiep de zevende dag en gaf deze aan de Joden tot een gedachtenis. Ik spreek nu over Paulus, zie. Nu, gelooft u dat hij het bracht? Gelooft u dat hij het recht daartoe had? Nu, wat zei hij in Galaten 1:8? "Als een engel uit de hemel zou komen en u een ander Evangelie zou leren dan wat ik gezegd heb, die zij voor u vervloekt." Zie, de Evangeliën zijn duidelijk. Nu, let op.

164 "Wel, broeder Branham, wat moet ik nu doen, gewoon Jezus Christus geloven?" Nee, dat is niet de rust.

165 Als u wilt weten wat... Hoe velen zouden graag willen weten wat de christelijke rust is, zeg dan "amen". [De samenkomst zegt: "Amen!" – Vert] Nu, u kunt het aantekenen als u wilt, Jesaja 28. Hij zei: "Gebod moet zijn op gebod." Hij zegt: "Gebod op gebod, regel op regel, hier een weinig en daar een weinig, en houdt vast aan wat goed is." De profeet sprak over de komende tijd, over de rust, sabbat. Lees het hele hoofdstuk, zie, hij zegt: "Er zullen tijden zijn dat de sabbatdag zal worden weggedaan" en zij zullen schoenen verkopen op de zaterdag precies zoals ze op maandag of op welke dag dan ook deden. Ziet u? Ze zeiden: "Wanneer zal dit teken zijn?" Hij zei:

     ... gebod op gebod, regel op regel,... hier een weinig, daar een weinig: houd vast aan dat wat goed is.
     Daarom zal Ik door belachelijke lippen, en door een andere tong tot dit volk spreken;

     En: Dit is de... (sabbat) ... de rust, waarvan Ik zei, dat zij daarin zouden gaan.

     En voor dit alles verhardden zij hun harten en schudden hun hoofden en verwierpen het.

     Precies hetzelfde deden zij op Pinksteren toen de Heilige Geest op de mensen viel, en de Heilige Geest werd eerst gegeven aan de mensen daar op de dag van Pinksteren. Dat is de rust, de sabbat voor het volk van God.

166 Dus de enige reden waarom wij de zondag houden, begon door onze oude vaderen van de Bijbel: Paulus, Johannes, Mattheüs, Markus, Lukas en zij allen. Zij gingen van huis tot huis, zij namen avondmaal op de eerste dag van de week als de discipelen tezamen kwamen, en het werd niet een sabbat genoemd, maar de dag des Heren.

167 Johannes zei op het eiland Patmos, terwijl er al een feest van de sabbat in de gemeente was geweest: "Ik was in de Geest op de dag des Heren." Zo is het. Ziet u? En toen zag hij...

168 En nu, de dag des Heren is de dag dat de Heer opstond. Neem maar de historici, Josephus, Actibus, velen van die anderen. Of niet Actibus, o, ik kan niet... Eén van de oude schrijvers en u zult het daar ontdekken. De geschiedschrijvers van de gemeente, het Boek der Martelaren van Foxe, vele anderen, en u zult ontdekken dat het enige verschil was... Zij zijn een groep Joden. Eén van hen noemde hen 'kannibalen', dat waren de christenen. Ze zeiden: "Er was een man, die door Pontius Pilatus gedood werd, en de discipelen kwamen en stalen Zijn lichaam. En zij verborgen het en elke zondag gingen zij er een deel van eten." Zij namen het avondmaal. Ziet u? Zij deden... Zij namen Zijn lichaam. Ziet u? Zij zeiden dat zij het lichaam van de Here namen, het avondmaal. En zij wisten niet wat het was en hij zei dat zij kannibalen waren. Hij zei: "Zij eten op de eerste dag van de week, zij komen tezamen en eten het lichaam van deze man."

169 En de enige manier waarop u zou kunnen weten of zij houders van de wet waren en bitterlijk de opstanding loochenden, of dat zij christenen waren en de opstanding geloofden, was dat de één op zaterdag naar de gemeente ging en de andere op zondag naar de gemeente ging, wat een merkteken tussen hen was.

170 Dat is tamelijk sterk, nietwaar? Goed. Ik hoop dat u het begrijpt. De Heilige Geest is...

171 Nu, hebt u daar iets, broeder? Wilt u... wilt u naar boven komen om ze te beantwoorden? Laat ons zien, hier. O, ja.

5 Zullen de Joden nog een gelegenheid hebben om gered te worden, nadat de heidenbedeling afgesloten wordt?

172 O, is dat niet een prachtvraag! We hebben geen tijd om er echt goed op in te gaan, maar laat mij u dit vertellen. En neemt u mijn woord hierover, ik zal het u laten zien. Door... Als u mijn woord wilt nemen, zoals ik voor God verklaarde, ga dan en zoek het op en dan zult u het ontdekken. Omdat ik mij voorstel... Ik kan de klok niet zien, maar ik stel mij voor dat het over... Hoe laat is het? Wat? Half tien, ik moet nog naar het ziekenhuis en ook nog naar New Albany, ik moet morgenochtend vijf voor half vier uit Jeffersonville zijn. Dus... En ik ben deze week geen enkele nacht eerder naar bed gegaan dan om twee of drie uur.

173 Let hier nu op, om dit snel te nemen. Ja, mijn dierbare christenvriend, de dag van de heidenen is voorbij, is precies nu aan het beëindigen. En God zal naar de Jood terugkeren. En laat mij tot deze kleine gemeente zeggen dat ik voortdurend bid. En profetieën hieromtrent komen uit verschillende delen van het land binnen. Ik geloof dat de Jood... Nu, wees nu nog even geduldig.

174 De Jood is nooit in staat geweest dit ene ding van de christelijke gemeente te begrijpen. De Jood heeft mij vele malen verteld: "Broeder, u kunt God niet in drieën hakken en Hem aan mij geven." De Jood heeft één God, en dat is Jehova.

175 En de heiden heeft dat zodanig verkeerd uitgelegd, dat hij het toch met kennis op een bepaalde wijze heeft gevat. Ik geloof dat hij er een opvatting van heeft, dat... Er zijn geen drie goden, er is één God! Drie manifestaties, drie persoonlijkheden in één Persoon. En wanneer u de boodschap kunt nemen... Ik zei tegen Hyman Appleman... Velen van u kennen hem. Hij zei: "Broeder Branham, als u die boodschap naar Palestina brengt, met de tekenen en wonderen, zal een miljoen Joden Jezus Christus ontvangen als persoonlijke Redder." Zie, dat is zo. Nu, ik zei...

176 Hier is de boodschap die wij hier hebben. Jezus was Jehova, versluierd in vlees, Die versluierd neerkwam. Nu, God (Vader, Zoon en Heilige Geest) is niet één zoals uw vinger, zoals sommige mensen denken. De hele zaak is net als... Nee, God is... Ik ontvouwde het daarnet voor u, zie; dat er een drie-eenheid is in de Ene.

177 Ik ben een drie-eenheid in één. Ik ben ziel, lichaam en geest, in één persoon. Is dat juist? Zeker, ik ben gevormd uit cellen, bloed en zenuwen en toch één wezen. Zie? Alles waar u naar kijkt is in een drie-eenheid, en een drie-eenheid in één.

178 Er was een drie-eenheid in de ark. De begane grond; de kruipende dieren; de tweede verdieping voor het gevogelte, de vliegende dieren, en de derde verdieping voor Noach en zijn gezin. Alles...

179 In de tabernakel was een voorhof, het heilige, en het heilige der heiligen. Zie?

180 En er zijn drie bedelingen geweest: het Vaderschap, het Zoonschap en de Heilige Geest-bedeling. Ziet u wat ik bedoel? Maar die drie is allemaal... Wij zeggen niet "onze Goden". Dat is heidens, en de Jood weet dat. Maar wanneer u het hem duidelijk kunt maken dat deze Jezus God is, Jehova God, niet een tweede persoon of een derde persoon; het is voortdurend dezelfde Persoon, Die Zichzelf manifesteert. Zie? En dan met tekenen en wonderen om te bewijzen dat Jezus is opgestaan uit de dood.

181 En deze dr. Reedhead...

182 Een broeder daar achterin, de leraar in de gemeente... leraar over... een schoolonderwijzer hier in de gemeente vanavond. En ik zag hem hier; ik schudde daar de hand van zijn vrouw en kind. Hij was onlangs op een avond daarginds om mij te horen prediken. Ik denk dat ze hier zijn, als ze niet zijn weggegaan. Maar hij is een schoolonderwijzer in Louisville. Hoe dan ook zij waren daar om hem te horen.

183 Het is opmerkelijk dat de man een paar maanden geleden naar mijn huis kwam, hij en nog iemand, een Jood. En hij zei: "Broeder Branham, ik behaalde zoveel graden in de Bob Jones Universiteit. Ik heb... uit Wheaton." Al de scholing die er maar op hem kon worden geladen! Hij zei: "Ik heb God geloofd sinds ik een kleine jongen was." En hij zei: "Nog steeds is mijn leven leeg!" Hij zei: "Hebben de leraars ongelijk gehad?"

184 En hier is het begrip. Als iemand... Als enigen van u daar onlangs 's avonds bij de Open Deur waren, toen wij samen predikten... Hij zei: "Toen ik mijn zegje had gezegd..." Luister nu, kleine tabernakel, voor uw gebeden en zo, die uitgeholpen hebben, luister hiernaar. Hij vertelde mij dat van tevoren, hier in huis.

185 Hij kwam naar mijn huis en zei: "Broeder Branham, ik ben verbluft!" Hij zei: "Is er iets groters dan dit wat ik geloofd en aangenomen heb, Christus als mijn persoonlijke Redder? En ik geloof dat ik wederom geboren ben uit de Geest, maar ik heb geen getuigenis van iets."

186 Ik zei: "Broeder, hoe erg ik het ook vind om het te zeggen, de leraars hebben u misleid, uw scholing."

187 Kijk, als ik dat kan zeggen, ik geloof niet in het meeliften naar de hemel, met "gelooft u dit?" in uw gemeenten. "Nu, hier, laat mij hier meeliften; de Bijbel zegt dit, gelooft u dat?" De duivel gelooft het en siddert! Het is niet wat u gelooft. Uw geest moet getuigen met Zijn Geest dat u zonen en dochters van God bent, door wederom geboren te zijn en de doop van de Heilige Geest te hebben ontvangen.

188 Hij zei: "Broeder Branham, wat denkt u van de Pinkstermensen?"

189 En ik zei: "Dat is de reden waarom ik met hen samenwerk. Dat is de reden dat ik met hen omga, zij hebben iets wat u niet hebt." Ik zei: "Met hun fanatisme en alles, hebben zij een waarheid waar u niets van weet." En ik sprak toen tot één van de grootste mannen in Amerika. Jazeker. Hij is de president van de Soedan Zending, de grootste in de hele wereld, fundamenteel tot op de wortels. Hij kende de Schriften, en de dood, begrafenis en opstanding, kon het gewoon prediken als een huis dat in brand staat. Maar dat is het niet. De duivel kan dat ook. De duivel is net zo fundamenteel als hij maar zijn kan.

190 Maar broeder, Jezus Christus zei: "Tenzij een mens wederom geboren wordt uit de Geest van God, zal hij het Koninkrijk van God niet zien."

191 Niet slechts omdat u zegt: "Ja, ik geloof dat. Ja, ik geloof dat dit die weg is. Ik geloof dat. Ja." Dat is niet genoeg. Het moet een echte ervaring van de nieuwe geboorte zijn. Het moet iets zijn tussen u en God, zodat u weet dat u bent overgegaan van dood in leven.

192 Hij zei: "Broeder Branham, zou ik de Heilige Geest kunnen ontvangen?"

193 Ik zei: "Ik legde daar pas de handen op bij Hyman Appleman en hij ontving de doop van de Heilige Geest."

194 Deze andere Jood begon te huilen en brak daar het glas op de kleine koffietafel, en huilde er een grote plas op. Beiden zeiden: "Broeder Branham, hoe ontvangen wij de Heilige Geest?" Geleerden! De scherpste, verstandigste, de beste die er in het land zijn...

195 En ik zei: "De apostolische wijze van het ontvangen van de Heilige Geest is handen op hen te leggen." Zo is het.

196 Opleggen van handen. Ananias kwam om Paulus de handen op te leggen, opdat hij zijn gezicht zou ontvangen en vervuld zou worden met de Heilige Geest.

197 Filippus ging heen en predikte en doopte daar een hele groep in de Naam van Jezus Christus. De Heilige Geest was nog op niemand gekomen, omdat Petrus de sleutels had. En hij kwam en hij legde handen op hen en zij ontvingen de Heilige Geest. Klopt dat?

198 Paulus, in Handelingen 19, nadat hij overgekomen was. Apollos was daar een Billy Graham type, hij had een grote opwekking en een goede tijd. Hij zei: "Hebt u de Heilige Geest ontvangen, nadat u geloofd hebt?" Hij zei dat tegen die groep Baptisten.

199 Ze zeiden: "Wij zijn volgelingen van Johannes. Wij weten het! Apollos is onze prediker, hij is een bekeerde advocaat, de knapste man in het land."

200 Hij zei: "Maar hebt u de Heilige Geest ontvangen, nadat u geloofde?"

     Ze zeiden: "Wij weten niet of er een Heilige Geest is."

     Hij zei: "Hoe werd u dan gedoopt?"

     Ze zeiden: "Wij zijn tot Johannes gedoopt."

201 Hij zei: "Hij doopte tot bekering, zeggende dat u moet geloven in Hem Die komt, in Jezus Christus." En toen zij dit hoorden, werden zij gedoopt in de Naam van Jezus Christus. En Paulus legde zijn handen op hen en zij ontvingen de Heilige Geest, begonnen in tongen te spreken en God te verheerlijken. Dat is zo duidelijk als ik de Schrift ken.

202 Nu kijk, vriend! Er mag hier misschien een klein verschil in uw meningen zijn, omdat we door alles in de war gebracht zijn. Maar laten wij kijken wat er staat, niet proberen uw uitlegging te nemen. Zeg wat de Bijbel zegt en laat het gewoon op die wijze.

203 En ik zei: "Het enige wat ik weet, broeders, is handen te leggen op hen die de Heilige Geest zoeken."

204 Hij zei: "Zou u handen willen opleggen en God vragen om ons te zegenen en ons de Heilige Geest te geven?"

205 Ik zei: "Dat wil ik." En wij knielden op de vloer en ik bad en legde handen op hen. En ongeveer een paar weken daarna ontvingen beiden de doop van de Heilige Geest. En toen deze dr. Reedhead de doop van de Heilige Geest ontving, kwam het via spreken in andere talen. Jazeker.

206 En uw Soedan Zending zei: "Wij hebben geen plaats voor een man die in tongen zou spreken."

207 En hij kwam naar mij toe en zei: "Sprak iemand in tongen?"

208 "Wel, wel," zei ik, "zij hebben geen plaats voor Jezus Christus, want Jezus Christus sprak in onbekende tongen en stierf, sprekend in onbekende tongen."

209 Zij konden Paulus' leer niet accepteren; Paulus sprak meer met tongen dan zij allen.

210 Iemand zei gisteren tegen mij: "Ik zou liever vijf woorden met verstand spreken."

211 Maar de leer van Paulus zegt: "IJver naar profetie en verhinder het spreken in tongen niet." En zij worden verboden in tongen te spreken!

212 Spreken in tongen is een Goddelijke gave van God, die vandaag net zozeer in de gemeente hoort als daar destijds in het begin. Dat is precies de waarheid. Ja, inderdaad! Dat is wat de Bijbel leert. Het is een Goddelijke gave en als u dat evenzeer ontkent als dat u de nieuwe geboorte ontkent, dan ontkent u alles wat Jezus leerde, als u probeert dat eruit te knippen.

213 Nu, u kunt er dwaas mee handelen, velen hebben dat gedaan. Maar ik zeg u, dat heeft zijn plaats! Het is precies als met een paar schoenen; als u een paar schoenen koopt zitten de tongen erin. En dat is juist. Als u in het lichaam van Christus bent, heeft God de hele tafel klaar. Broeder, Hij heeft liefde, Hij heeft vreugde.

214 Als ik naar uw tafel zou gaan en daar aanzitten en u zou zeggen: "Prediker, kom bij mij eten." Ik geloof dat u mij lief hebt. En u zou bonen en aardappelen en peen en gebraden kip en pompoentaart en ijs en van alles daar hebben, wel, ik geloof dat de aardappelen mij net zo welkom zouden zijn als de bonen. Het enige, ik geloof dat de kip mij net zo welkom zou zijn als de taart. Het staat allemaal op tafel. En het enige wat ik moet doen, is zeggen: "Wilt u mij alstublieft wat taart aangeven?" En ik geloof dat u met een goed, vrij hart, door uw liefde tot mij, zou zeggen: "Zeker, mijn broeder, neem er een lekker groot stuk van." Klopt dat? Als ik zou zeggen: "Zou u mij de aardappelen willen geven?" "Welzeker, mijn broeder, hier zijn ze."

215 En elke zegening van de verlossing waar Jezus Christus voor stierf, en die Hij kocht in Zijn verzoening op Golgotha, staat op tafel en elke gelovige zit ervoor. Halleluja! Als ik genezing nodig heb, zeg ik: "Vader, geef mij wat genezing", en ik giet het op mijn bord uit en eet een groot... Nu, als u van honger wilt sterven, ga uw gang. Jazeker. En profetie, spreken in tongen...

216 En toen schreef de man daarin; hij niet wist, dat ik sprak... zelf in tongen had gesproken. En hij schrijft dit boek, u zult het verspreid vinden onder de naties. En behalve dat, deze man heeft vijfentwintig voortreffelijke predikers van het Moody Bijbel Instituut, die de gave van het spreken in tongen zoeken. De fundamentele mensen zijn ondersteboven. Het Christelijk Leven van deze maand; kijk naar het tijdschrift Christelijk Leven van deze maand, op pagina 19 en kijk naar die grote doctor in de godgeleerdheid, die zei: "Zullen wij dit accepteren? Hebben wij iets verloren?" Halleluja!

217 Ik hoor het komen van een overvloedige regen. Je hebt mensen die het in de hoek slingeren, maar het is tot een plaats gekomen dat God de heidenwereld een schok geeft met de doop van de Heilige Geest door deze uit te gieten met al zijn volheid en krachten en tekenen en wonderen. De reden dat ik houd... Pinksteren is ermee voor de dag gekomen, maar is op hol geslagen met verschillende dingen zoals dat, de tijd was nog niet rijp! Dat is de reden waarom zij al dat fanatisme hadden. Maar dat is de Goddelijke belofte van God en het Goddelijke Woord van God, en het moet komen te geschieden, want God heeft het aldus gezegd. En ik geloof dat juist voor het eindigen van de heidenbedeling, God het zal uitgieten op de fundamentalisten.

218 U kunt het deze maand in Reader's Digest lezen, in dit augustusnummer. Ga erin kijken en zie hoe daar een Methodistenprediker in de preekstoel voor die man bad die daar stervend op een ziekenhuisbed lag, en het getuigenis van de Heilige Geest kwam en de man werd ogenblikkelijk genezen. Halleluja! Zeker. God heeft hier Goddelijke genezing op tafel liggen. Hij heeft hier profetie op de tafel. Hij heeft hier spreken in tongen op de tafel. Hij heeft negen geestelijke gaven in het lichaam en u bent welkom voor elk daarvan! Halleluja. Jazeker, hier zijn zij.

     Zullen de Joden bij het sluiten van het heidentijdperk teruggekeerd zijn?

219 Jazeker. Vele Schriftplaatsen, zuster, broeder, wie het ook is. Eén ervan is Joël: "Wat de rups heeft overgelaten, heeft de sprinkhaan afgevreten", enzovoort, die boom. En Jezus zei Zelf hoe zij zouden worden weggevoerd en alles. O, de hele Schrift, Daniël en overal, spreekt ervan. Ja. Jezus zei: "Als u ziet dat de vijgenboom zijn knoppen doet uitspruiten, weet dan dat de tijd nabij is." Ik geloof dat deze er ook iets mee te maken heeft.

6 Gelooft u dat het terugkeren van de Joden naar Palestina een vervulling is van de Bijbelse profetie? Wij hoorden dat u naar Palestina zou gaan. Is dat waar?

220 Ja. Jazeker. Laat mij u iets vertellen, één van de grootste... Als u wilt zien welke tijd van het jaar het is, kijk op de kalender. Als u wilt zien welke tijd van de nacht het is, kijk naar de klok. Als u wilt zien in welke dag u leeft, kijk dan waar de Joden zijn. Dat is Gods uurwerk.

221 En kijk, dezelfde avond, dezelfde dag, dat de Engel des Heren mij ontmoette, in 1946, op 7 mei, te Green's Mill, Indiana, diezelfde dag werd het vredesverdrag getekend voor de Joden en waren zij een gevestigde natie voor de eerste keer in vijfentwintighonderd jaar. Halleluja!

222 En vanavond wappert de oudste vlag in de hele wereld, de zespuntige ster van David, over Jeruzalem, voor de eerste keer in vijfentwintighonderd jaar, sedert de wegvoering naar Babel. Jezus zei: "Als gij ziet dat de knoppen van de vijgenboom uitspruiten." Daar is zij! Daar zei Hij: "Leer een gelijkenis. Gij zegt dat de zomer nabij is. Wanneer u dit ziet, weet dat de tijd nabij is, voor de deur." We zijn precies aan het einde van de tijd.

223 Zie hoe de 'gruwel' van Daniël, enzovoort...?... Hij zei: "Als de grote Vorst zal komen, zal Hij twaalfhonderdzestig dagen profeteren", hetwelk drie jaar en zes maanden was. En dat is precies wat Jezus predikte. Hij kwam alleen tot de Joden, toen werd Hij afgesneden als een offer voor het volk. "En die gruwel maakt verwoesting." De Mohammedanen hebben daar de Moskee van Omar geplaatst. "En zij zullen de muren van Jeruzalem vertreden, totdat (Whew! Tot wat?) de heidenbedeling vervuld is." En dan zal Hij weer tot de Joden terugkeren en daar is het waar de slag van Armageddon plaats... Daar riep Hij de heidenen om er een volk uit te nemen voor Zijn Naam, Zijn bruid. Let op. Jazeker. De honderdvierenveertig duizend zijn allemaal verloste Joden, die daar nog moeten opstaan. Al deze...

224 Dan, wanneer de gemeente is opgenomen, verschijnen Mozes en Elia in Openbaring 11 en prediken Jezus Christus tot hen. En de Heilige Geest is weggenomen van de heidenen en de opname komt voor de gemeente om opgenomen te worden. En tot de Joden die hier zijn achtergebleven zal drie-en-een-half jaar gepredikt worden, omdat hij zei: "Er zijn nog zeventig weken bestemd over uw volk en de Messias zal daar tussenin afgesneden worden." Wanneer Hij wordt weggenomen, wordt er een plaats aan de heidenen gegeven en dan hebben zij nog drie-en-een-half jaar waarin tot hen gepredikt wordt van Jezus Christus.

225 Zeker, de Joden komen. En ik geloof, broeder, dat wanneer wij deze keer naar Palestina gaan... O, bid. Zij lezen die Bijbel.

226 Slechts nog één bewering, dan heb ik hier een kleine, korte vraag en dat zijn ze allemaal. Deze hier is volgens mij een gebed.

227 Kijk hiernaar! Dr. Reedhead zei, terwijl hij daar stond te praten met een slimme Mohammedaan...

228 Nu, zet uw oren wijd open. Een Mohammedaan, ik had er ongeveer twintig duizend die tot de Here Jezus kwamen, toen zij de tekenen en wonderen daar in Afrika zagen. Dit... Of nee, geen twintigduizend, het waren er dertigduizend in het geheel; ik schat dat er tienduizend van hen waren die kwamen, omdat de grote meerderheid Mohammedanen waren. En toen zij daar stonden, zei ik: "Wie van uw profeten in de tempel kan deze man gezond maken?" Ik zei: "Welke van uw afgoden, van u inboorlingen, kan deze man gezond maken?" Ik zei: "Niet één van hen! Geen profeet in de tempel... of geen priester, liever gezegd." En ik zei: "Geen afgod zou het kunnen doen. En ik evenmin. Maar de God des hemels heeft Zijn Zoon Jezus Christus opgewekt, Die vandaag leeft onder de mensen, Die hem volmaakt gezond heeft gemaakt, zoals u hem daar ziet staan!" Een man met een ketting om zijn nek, die men moest leiden als een hond, stond in een ogenblik op zijn voeten, normaal en wel.

229 En dr. Reedhead vertelde mij onlangs 's avonds, toen wij daar in de auto zaten. O my, als ik daaraan denk. Hij zei dat deze Mohammedaan naar hem toekwam en hij zei dat hij met deze Mohammedaan sprak, een zeer geleerde man. Hij zei: "Wel, meneer, waarom geeft u uw oude, dode profeet Mohammed niet op?"

230 Nu bedenk, Mohammedanen geloven in God. Daarbuiten in Afrika hangt een grote gong, een gong zoals dat hangt daar. En zij nemen een enorm grote rubberhamer en slaan er zó op dat het over het hele land klinkt. En elke Mohammedaan stopt en de priester wandelt vanuit de tempel naar buiten en zegt: "Er is één ware en levende God, en Mohammed is Zijn profeet."

231 Dat zijn de kinderen van Ismaël. Zie, Hagar, zij zijn zonen van Abraham uit Hagar. Ziet u? Zij geloven in een ware Jehova God, maar zij denken dat Jezus... Dat was... Hij is onze Verlosser, gezonden tot de heidenen uit de vrije vrouw; Izaäk (Zie?), en door Sara. En nu, zij kwamen door Hagar, Ismaël, en daar stammen de Mohammedanen van af.

232 En u zou moeten gaan kijken bij het graf van Mohammed. Het is treffend, de grote graftombe daar. En al twee duizend jaar staat daar een wit gezadeld paard. Mohammed beloofde dat hij op een dag zou opstaan uit de dood en op dat paard zal springen en de wereld veroveren. En elk moment verwisselen ze gewoon het ene paard voor het andere, terwijl daar een trouwe wacht staat die erop wacht dat Mohammed uit de dood opstaat. Twee duizend jaar zijn sindsdien verstreken.

233 Zij geloven in Jezus: zij zeggen dat Hij een profeet was. Op de muren van het oude Jeruzalem is een geweldig groot heiligdom gebouwd, waar Mohammed naartoe moet komen. En een heel klein heiligdom hier beneden, dat is voor Jezus. Zie, ze zeiden: "Jezus werd niet gekruisigd, zij zijn allemaal in de war geraakt." Zij zeggen: "Hij steeg te paard en reed weg." Ziet u? Nu, zij geloven dat.

234 Zij hebben een rode stip tussen hun ogen. De mensen die daar naar India gaan, zullen het opmerken. O my, zij zullen daar met duizenden staan.

235 En toen dr. Reedhead daar stond, zei hij: "Waarom geeft u die oude, dode profeet niet op, en ontvangt u Hem niet Die opstond uit de dood, een levende Christus?" Nu, hij was een geleerde en hij wist hoe hij zijn woorden moest plaatsen.

236 Hij zei dat de Mohammedaan naar hem keek (een knappe, geschoolde man, hier in Amerika, hier opgeleid) en zei: "Meneer, vriendelijke meneer, wat kan uw opgestane Jezus meer voor mij doen dan mijn dode profeet gedaan heeft?" Hij zei: "Mijn dode profeet beloofde mij leven na de dood. Dat is wat uw Jezus ook deed." Wel, hij had iets. Hij zei: "Nu, beiden schreven een boek. U gelooft het boek dat Jezus schreef, ik geloof het boek dat Mohammed schreef. Zij beloven beiden leven." Hij zei: "Wat kan uw Jezus meer voor mij doen dan mijn Mohammed kan?" Wel, de man, met eenvoudige feiten; het is de waarheid. Hij zei: "Maar even een moment, vriendelijke heer." Hij zei: "Mijn Mohammed beloofde mij nooit dingen zoals uw Jezus deed. Uw Jezus beloofde... Zij zeggen: 'Hij stond op en zou steeds met u zijn tot het einde der wereld; en dezelfde tekenen en wonderen die Hij deed, zou u ook doen, tot aan het einde der wereld. U zou de zieken genezen en de doden opwekken en de melaatsen reinigen en duivelen uitwerpen.'" Hij zei: "Ik heb het christendom grondig bestudeerd." Hij zei: "Laat mij nu zien dat uw leraars Jezus Christus voortbrengen en ik zal geloven dat Hij uit de dood opstond. Maar buiten dat... Mohammed beloofde ons nooit zulke dingen, hij beloofde ons slechts leven na de dood. En dat is precies hetzelfde als u leert en u gaat aan het andere voorbij." De man had gelijk, de Mohammedaan had helemaal gelijk.

237 Dr. Reedhead zei dat hij daar stond te huilen. Hij zei: "Broeder Branham, ik dacht aan u." En hij haastte zich hier naartoe en kwam binnen en ik legde mijn handen op hem en de doop van de Heilige Geest kwam op hem. En nu ziet hij zelfs visioenen en alles. Laat de Mohammedaan hem nu eens ontmoeten! Hij is een andere man.

238 Ik zeg dat onze Jezus uit de dood opstond en dat Hij vandaag leeft. En Hij doet dezelfde dingen vandaag als die Hij toen deed, allerlei tekenen en wonderen. En u, fundamentele mensen, zit daar en probeert ze weg te verklaren en mist het meest fundamentele deel van de Bijbel. Dat is precies juist! Jezus Christus, de verrezen Zoon van God, kan met andere tongen door u spreken. Hij kan door u profeteren, Hij kan door u visioenen laten zien, Hij kan onbekende tongen door u uitleggen. En dat alles is een deel van Hem.

239 En om dit deel van Hem te nemen en dat deel van Hem weg te laten, zou zijn alsof u mij in twee helften zou snijden en mijn heupen en benen wegnemen en zeggen dat u mij hebt, terwijl u dit deel niet wilde ontvangen.

240 U moet mij ten volle ontvangen. En dat is de reden waarom ik een Volle Evangelie prediker ben, die gelooft dat alles wat God zei de waarheid is. Amen! Glorie! Ik voel mij nu als een heilige roller. Jazeker. Ik geloof het!

7 Mattheüs 24:29 spreekt van de zon die verduisterd zal worden en de maan die haar schijnsel niet zal geven en de sterren die van de hemel zullen vallen. Zal dit gebeuren voor of na de opname, of net voordat Jezus komt om op aarde te regeren?

241 Naar mijn nederig geloof, nu, ik zou niet... ik weet het niet, ik denk dat hij daar over Mattheüs 24 spreekt. Nu, als Jezus spreekt over de sterren en dingen die vallen, geloof ik dat het is, vlak voordat de verdrukkingsperiode op aarde inzet.

242 Nu, ik had hier een echt vreemde gedachte, waarover velen van u het niet met mij eens zullen zijn, want ik stel me voor dat sommige oudgedienden hebben horen leren dat wij daar doorheen zouden gaan. Zie, ik geloof niet dat de gemeente door de verdrukkingsperiode zal gaan. Ik geloof dat de gemeente zal... Kijk, ik... De enige wijze waarop ik het Nieuwe Testament onderwijs, is door de schaduw van het Oude Testament, zoals bijvoorbeeld de Heilige Geest hier voor de sabbatdag, enzovoort. Alles is daar een schaduw.

243 Nu, kijk terug in het Oude Testament. Wanneer u de plagen ziet vallen, waren zij in Egypte, nietwaar? En God bracht Zijn volk eruit naar het beloofde land. Klopt dat? En Israël ontving nooit één plaag. Evenals de plagen... Voordat het gebeurde, gingen zij in Gosen. Is dat juist? En de zon verduisterde er nooit, er kwamen geen muskieten, er waren daar geen kikvorsen, geen luizen waren daar, geen stormen, geen bliksem, geen doden van het vee was daar; en alles wat ze hadden werd behouden in Gosen. Klopt dat? Het is een type van de gemeente die net voor de verdrukkingsperiode weggaat. Jezus zei: "Als deze dingen beginnen te geschieden, heft dan uw hoofden omhoog, uw verlossing is nabij." Ziet u?

244 Ik geloof dat de maan en de zon en de sterren... En ze zeiden dat... ik zal verder lezen. Er staat: "En de mensen renden om zich te verbergen in de... en vielen op hun... zochten zichzelf te doden en konden het niet, en alles." Ik geloof dat dat plaats vindt, net voor de verdrukking.

245 Nu, let op, de verdrukking komt. Als de verdrukking toeslaat, gaat de gemeente omhoog. Nu bedenk, alleen een gewone gemeente, zonder de Heilige Geest, gaat door de verdrukkingsperiode. Het zijn alleen de uitverkorenen die er [niet] door gaan.

246 O, ik zou er hier iets hard in kunnen wrijven, slechts voor een minuut. Zou u mij nog drie minuten meer willen geven? Hoe wordt het opgenomen volk genoemd; het overblijfsel? Klopt dat? Goed... Ik bedoel, het is de bruid. Nu, het overblijfsel bleef achter.

247 Nu, als een vrouw een patroon uitknipt voor een rok, zoals u dat noemt; ze legt de stof uit (is dat juist?), het stuk stof. En zij legt haar patroon erop. Ze zet het patroon vast waar het geknipt moet worden. Is dat juist?

248 O, broeder, dit doet je werkelijk goed. Wie kiest uit? God kiest uit. Klopt dat? Ik ben het niet die het voor het zeggen heeft; Hij heeft het voor het zeggen. En Hij plaatst het patroon over wie Hij wil. Is dat juist?

249 Nu, er waren tien maagden die uitgingen om de Bruidegom te ontmoeten. Klopt dat?

250 Wat is een maagd? Maagd betekent zuiver, heilig. Is dat juist? Wat is een maagd? Het is een meisje, dat nooit is aangeraakt, zij is een maagd. Wat is zo zuiver als maagdelijke olijfolie? Het betekent dat ze gedistilleerd is, totdat ze in haar maagdelijkheid is; het is zuiver. Wat is maagdelijk goud? Het is wanneer al de droesem... het is door de hitte en alles heengegaan en al de droesem is eruit gekookt. Is dat juist? Al het ijzer en het pyriet en al het andere is eruit gekookt, het is gewoon in haar maagdelijkheid.

251 Nu, er waren er tien die uitgingen om de Bruidegom te ontmoeten. Jezus zei het. Klopt dat? Hoe velen zijn het ermee eens? Zeg dan: "Amen!" [De samenkomst zegt: "Amen!" – Vert] Tien gingen uit om Hem te ontmoeten. Nu, let op, ze waren allemaal heilig. Wel, om heilig te zijn moesten zij geheiligd zijn, omdat dat de enige reiniging is; de heilige stroom die God heeft, is heiliging. Is dat juist?

252 Nu, let op. Alle tien waren ze geheiligd, maar vijf hadden geen olie in hun lamp en vijf hadden wel olie in hun lamp. Klopt dat? Wat vertegenwoordigt de olie? Nu, niet de zuiverheid, de maagdelijkheid. Olie vertegenwoordigt de Heilige Geest.

253 Nu, als ik dit zeg en het kwetst een beetje; ik bedoel het niet op die wijze. Nu, neemt u het mij niet kwalijk en blijf niet weg uit de gemeente. Ik sta hier alleen maar in de preekstoel om te proberen u te helpen. Zie? Nu kijk, laat mij het u tonen.

254 Er is geen kerk op aarde die nog zuiverder zou kunnen leven dan de Nazareners, de Pelgrim Heiligheidsmensen en dergelijke, in hun leringen. Is dat juist? Zij geloven absoluut in de zuiverheid van heiliging, willen zelfs niet dat hun vrouwen ringen en dergelijke dragen. Zij geloven in zuiverheid en heiliging in elk aspect. De Heiligheidsorganisaties, al de wettischen, dat is hun leer, zij geloven het. Heilig! De vrouwen hebben lang haar en dragen lange rokken. Bij velen van hen worden de mannen zelfs niet verondersteld hun mouwen op te stropen. Alles, zelfs niet aanraken, roken, drinken, enig... Niets ervan, ziet u, heilig! Je zou niet nog reiner kunnen leven.

255 Maar diezelfde Nazarener-kerk zal iemand die in tongen zou spreken in de kerk, de deur uit schoppen. En ze zeiden dat zij zelfs niet bij zo iemand wilden zitten. Nu, dat is waar. Als u het niet gelooft, probeer het maar eens, dan zult u het ontdekken. Vind het eens uit! Zij haten zelfs de gedachte eraan. Ze zeiden: "Het is van de duivel!"

256 Vijf van hen... Tien van hen waren maagden. Vijf waren wijs en hadden olie in hun lampen en de andere vijf waren net zo zuiver en heilig, maar zij hadden geen olie. Ze waren geheiligd, zonder de Heilige Geest.

257 Er zijn er drie die op aarde getuigen: het water, het bloed, de Geest. Johannes 5:7... 1 Johannes 5:7 liever gezegd, waar staat: "Want Drie zijn er die getuigen in de hemel, Vader, Zoon en Heilige Geest; deze drie zijn Eén. Maar er zijn er drie die op aarde getuigen: water, bloed en Geest, zij zijn niet één, maar zij zijn tot één."

258 Nu, u kunt de Vader niet hebben zonder de Zoon te hebben. U kunt de Heilige Geest niet hebben zonder Vader, Zoon en Heilige Geest te hebben. Zij zijn Eén. U... Zij zijn niet te scheiden.

259 Maar u kunt gerechtvaardigd zijn zonder geheiligd te zijn. En u kunt geheiligd zijn zonder de Heilige Geest te hebben, rein zijn en een zuiver leven leiden en een vorm van godzaligheid hebben en de kracht van genezing en spreken in tongen en de grote gaven van God (en die allemaal) ontkennen.

260 Daar zijn uw vijf wijze maagden die olie in hun lampen hadden, opname-geloof, die al de tekenen, wonderen, profetieën en alles geloven. En deze vijf, uit het overblijfsel geknipt, werden weggenomen.

261 En de rest van hen waren nog steeds maagden en zullen niet verloren gaan, maar zullen door de verdrukkingsperiode gaan. Jezus zei: "Daar zal zijn..."

262 En zij zeiden: "Geef ons wat van uw Olie, wij willen nu de Heilige Geest."

263 Nu, iedereen weet dat de Heilige Geest, Zacharia 4 en Jakobus 5:14, allen weten dat het de Heilige Geest voorstelt. Nu, ze zeiden... Dat is de reden waarom wij met olie zalven; het vertegenwoordigt de Heilige Geest nu. 'De olie van de Geest', zegt de Bijbel.

264 Nu, dezen hadden de Heilige Geest, en dezen waren geheiligd. Dezen waren geheiligd plus de Heilige Geest, die al de verschijnselen en alles van Gods kracht geloofden. Alles waar God hier van sprak, hadden zij en geloofden zij. Dezen werden eruit genomen.

265 En dezen zeiden: "Geef het ons nu."

266 Ze zeiden: "Wij hebben net genoeg om ermee in te gaan", en weg gingen zij in de opname.

267 En er staat: "Ga wat kopen bij de verkopers", zeiden ze. En zij gingen toen proberen door te bidden om de Heilige Geest te ontvangen, maar de heidenbedeling was geëindigd en de vervolging kwam op. En Hij zei: "Zij werden in de buitenste duisternis geworpen, waar wening en knersing der tanden zal zijn." Maar in de tweede opstanding zullen zij de schapen zijn, die gescheiden worden van de bokken, maar nooit de bruid, nooit de uitverkorenen. Dat is het overblijfsel van het zaad van de vrouw.

268 Wat is een overblijfsel? Het stuk dat is afgeknipt, overgebleven, dezelfde soort stof. Is dat juist? U gaat een jurk knippen uit katoen en u spreidt een groot stuk katoen uit en knipt het eruit. Het is uw zaak waar u het patroon legt. Het is Gods zaak waar Hij het patroon legt. Hij knipt haar precies eruit. Is dat juist? En nu dit; de rest van deze katoen die hier is overgebleven, is evengoed katoen als die van de jurk. Is dat juist? Maar het is Gods verkiezing. God verkiest Zijn gemeente. God bestemt Zijn gemeente voor. God verordineerde dat, verordineert Zijn gemeente en Hij neemt die gemeente eruit. En het overblijfsel wordt achtergelaten om door de verdrukkingsperiode te gaan.

269 En daar raken veel Bijbelgeleerden in de war, denkend dat de bruid ginds in de grote verdrukking is. Iemand zei tegen mij: "Ik zou het u niet kunnen vertellen, broeder Branham." Hij zei: "Ik zag de bruid boven in de hemel. En de draak spuwde water uit zijn mond om oorlog te voeren tegen de bruid. En de honderdvierenveertig duizend die de bruid is, staande op de berg Sinaï."

270 Ik zei: "O nee. Nee, nee, nee. U hebt alles door elkaar gehaald. De bruid was in de hemel." En het overblijfsel van het zaad van de vrouw, niet haar... niet het patroon, het overblijfsel was daar, en de vervolging (het Romeinse Keizerrijk), wanneer het katholicisme zich zal versterken en zij hun krachten zullen verenigen met de grote kerk.

271 Wel, zij hebben het juist... Het was onlangs 's avonds op de televisie. De Methodistenkerk probeert de Methodisten en de Baptisten te verenigen; en al de volle gemeenten van Christus proberen zich te verenigen met het katholicisme en staan voor één en hetzelfde altaar. Wat zei de bisschop toen hij daar onlangs voor het gerecht werd gedaagd als zijnde een communist? Ik stond er zelf op de televisie naar te kijken. De hele groep... En als die tijd komt, zal er een vervolging oprijzen en de Heilige Geest zal vallen op Methodisten en Baptisten. En allemaal zullen ze in tongen spreken, God prijzen, de zieken genezen en profeteren, en al de tekenen en wonderen zullen komen. De uitverkorenen zullen omhoog gaan en het overblijfsel zal hier achterblijven om door de verdrukkingsperiode te gaan. En aan het einde van de tijd, als zij zien wat er gebeurd is, zullen zij het martelaarschap moeten ondergaan.

272 Kijk dan. U zegt: "Welnu, broeder Branham, bedoelt u mij te vertellen dat die mensen daar zullen zijn voor het witte troongericht?" Zij zullen het. De bruid zal nooit geoordeeld worden. Beslist niet. Zij is in Christus. Hoe komt u in Christus? "Door één Geest zijn wij allen gedoopt in één lichaam." Is dat juist?

273 Kijk nu hier. De Bijbel zegt: "Het oordeel zette zich en de boeken werden geopend." Klopt dat? Boeken van zondaars. "En een ander boek werd geopend", hetwelk het boek des levens is, en ieder mens werd aldus geoordeeld. Klopt dat? En wie oordeelde? Jezus en de heiligen! Hij zei: "Hij kwam en diende de Oude van Dagen, Wiens haar is als wol." En zei: "Tienduizenden maal tienduizenden kwamen met Hem en dienden Hem in het oordeel." Hier keert Jezus terug als Koning en koningin; de huwelijksplechtigheid is voorbij en Hij is getrouwd. Hier staan de Koning en de koningin. En daar staat die geheiligde groep waarvan God zei: "Staat hier aan Mijn rechterzijde." Dat is het boek dat geopend werd, wat zondaars waren: "Gaat aan Mijn linkerzijde." Hier zijn degenen wier namen waren geschreven in het levensboek van het Lam.

274 U zegt: "Broeder Branham, mijn naam is daar geschreven, ik zal gaan!" Wacht even! Judas Iskariot was geheiligd. Oei! Broeder, ontwaak nu alstublieft, zodat u dit kunt begrijpen, ziet u.

275 Judas Iskariot, zijn geest is de antichrist vandaag. U weet dat. Jezus was de Zoon van God, kwam van God en keerde terug naar God. Judas was de zoon des verderfs, kwam van de hel en ging terug naar de hel. Jezus nam de berouwvolle zondaar met Zich mee; Judas nam de onbekeerde met zich mee. "Als U het bent! Als, als. Als U een goddelijke genezer bent, doe dit. Als U dit bent, doe dit." (Zie, dat vraagteken over Gods Woord.) "De dagen van wonderen zijn voorbij. Als het zo is, toon mij dit dan. Als, als, als..." Ziet u?

     "Het is allemaal waar!", zei God.

276 Let nu op. Judas Iskariot werd gerechtvaardigd door geloof en geloofde aan de Here Jezus Christus en werd gedoopt. De Bijbel zegt: "Jezus doopte de discipelen, Zijn discipelen." Goed.

277 In Johannes 17:17, voordat Hij hen uit kon zenden, zei Hij: "Heilig ze, Vader, door de waarheid. Uw woord is de waarheid." En Hij was het Woord, zelfs voordat de verzoening werd aangebracht. Met andere woorden: "Als een voorschouw, Vader, van Mijn vergoten bloed, heilig Ik dezen."

278 Hij gaf hun macht over onreine geesten en zij gingen uit, en zij wierpen duivelen uit. Is dat juist? En zij genazen de zieken. Is dat juist? En zij kwamen terug, geheiligd, zich verblijdend, springend, juichend en God prijzend. Is dat juist? En ze zeiden: "Zelfs de duivelen zijn ons onderworpen."

279 En Jezus zei: "Verblijdt u niet omdat de duivelen u onderworpen zijn, maar verblijdt u omdat uw namen in het boek des hemels zijn geschreven." Is dat juist? En Judas Iskariot was bij hen, een van hen, uitgeroepen, geheiligd, en zijn naam geschreven in het boek des levens des Lams. Lees Mattheüs 10 en zie of dat niet juist is. Hij riep elk van hen, ook Judas en ieder van hen, precies daar. Hij zond hen uit, gaf hun macht over onreine geesten.

280 Let nu op! Trek uw schokbestendig vest aan. Maar toen Judas opkwam door die gemeente daar als penningmeester van de gemeente, werkend met de herder, de... Jezus. Maar toen het tijd werd voor Pinksteren bekende hij kleur. Hij toonde wat hij was. En met genoeg fatsoen over zich vernietigde hij zichzelf en hing zich op aan een wilde vijgenboom om de profetie te vervullen. En die geest van Judas zal regelrecht opkomen en de Here Jezus Christus geloven. Zoals Jezus zei: "De duivelen geloven en sidderen." Hij zal regelrecht opkomen en heiliging leren, net zo zuiver als een heilig leven maar kan zijn; maar als het komt tot de doop van de Heilige Geest en de gaven van de Geest, zal hij het ontkennen. Hij zal iedere keer kleur bekennen. Daar is die geest.

281 Kijk. En Jezus zei: "Wees op uw hoede!" Opnieuw Mattheüs 24: "De twee geesten zullen zo dicht bij elkaar zijn, dat het zelfs de uitverkorenen zou verleiden." Is dat juist? Waar dat patroon ligt... Broeder, geloof liever in de ouderwetse Heilige Geest-predikers hier in de omgeving en kom in orde met God. Zo is het. Heb geen vorm van godzaligheid en de kracht ervan verloochenend. Amen!

282 Voelt iedereen zich goed? [De samenkomst zegt: "Amen!" – Vert]

Wanneer wij allen naar de hemel gaan,
Wat zal dat een dag van blijdschap zijn!
Wanneer wij allen Jezus zien,
Zullen wij zingen en de overwinning bejubelen.

Wanneer wij allen naar de hemel gaan,
Wat een dag van vreugde zal dat zijn!
Wanneer wij allen Jezus zien,
Zullen wij zingen en de overwinning bejubelen.

     Halleluja! Laten wij even een moment gaan staan. Hoevelen hebben Hem lief met heel hun hart? Steek uw hand op en zeg: "Prijs de Here!" [De samenkomst zegt: "Prijs de Here!" – Vert] "Here, ik geloof het volle Evangelie." ["Here, ik geloof het volle Evangelie."] "Help mij om Uw dienstknecht te zijn." ["Help mij om Uw dienstknecht te zijn."] Halleluja, halleluja! Hebt u Hem lief? ["Amen!"] In de Bijbel... zij...

283 Een vrouw zei eens tot mij... Een jongen, misschien luistert hij vanavond, hij woont precies aan de overkant van de straat. Hij kwam daar. En zuster Lula, die hier naar de gemeente placht te komen, jubelde het uit daar achterin. Ik predikte, broeder Neville. En die jongen zei tegen mij... Nu, hij was een zondagsschoolonderwijzer hier in de Eerste Baptistenkerk. Hij zei: "Billy, ik genoot van je prediking, tot die vrouw begon te roepen en te schreeuwen: 'Dank U, Jezus! Prijs de Here!'" En af en toe riep een man (broeder Seward) het uit: "Prijs de Heer! Amen!" En ik predikte over "Het verliezen van uw geboorterecht". Ezau verkocht zijn eerstgeboorterecht. En ik ging door en zij gingen maar door met juichen. En hij zei: "O, dat deed mij de rillingen over mijn rug gaan." Hij zei: "Ik kon dat niet verdragen."

284 Ik zei: "Broeder, als u ooit in de hemel komt, zult u doodvriezen." Ik zei "Er is zeker een gejuich in de hemel, dag en nacht." En dat is juist, broeder. O, jazeker!

O, ik wil Hem zien, naar Zijn gelaat kijken,
Om daar voor altijd te zingen van Zijn reddende genade;
Op de straten der heerlijkheid, laat mij daar mijn stem verheffen;
De zorgen zijn allemaal voorbij, eindelijk thuis, om altijd verheugd te zijn.

O, ik wil Hem zien, naar Zijn gelaat kijken,
Om daar voor altijd te zingen van Zijn reddende genade;
Laat mij op de straten der heerlijkheid mijn stem verheffen;
De zorgen zijn allen voorbij, eindelijk thuis, om altijd blij te zijn.

285 Amen! Goed. Broeder Neville. God zegene u. Kom meteen naar boven en sluit.

Deze site maakt gebruik van functionele cookies.

Download
audioE-BookPrint
AudioAudio
mp3 Download mp3mp3 is een populaire audioformaat dat op vrijwel alle mediaspelers te beluisteren is. meer info...
m4b Download m4bM4B is een Audiobook formaat voor Apple apparatuur (iPod, iPhone etc...) Uw plek wordt bewaard e.d. meer info...
E-BookE-Book
ePub Download ePubePub is de meest gangbare formaat voor E-Book readers. Het heeft geen absolute paginaindeling. meer info...
pdf Download PDFPDF is het meest ondersteunde formaat met absolute pagina indeling. meer info...
xps Download XPSXPS is een relatief nieuw formaat dat vanaf Windows 7 gelezen kan worden zonder extra software te installeren. meer info...
printPrint
book Download PDFPDF ingedeeld als printbaar boekje (dubbelzijdig printen en in het midden vouwen en nieten). meer info...
xpsbook Download XPSXPS document ingedeeld als printbaar boekje (dubbelzijdig printen en in het midden vouwen en nieten). meer info...
English (Engels)